Feeds:
Berichten
Reacties

Archive for november, 2014

Lohengrin uit 2002 nog steeds bijzonder

Scène uit derde bedrijf Lohengrin

Scène uit derde bedrijf Lohengrin

Heerlijk om weer in het Muziektheater te zijn. In 2002 zag ik een schitterende voorstelling van Lohengrin (1850) van Richard Wagner (1813-1883) onder leiding van Edo de Waard, een paar dagen geleden de reprise onder de Duitse dirigent Marc Albrecht. Wat liet deze man het Nederlands Philharmonisch orkest en het 100 koppige koor van de Nationale opera schitteren. Deze voorstelling was tevens een succesvolle  vuurdoop voor de sinds 1 september aangestelde Chinese artistiek koorleider Ching Lien Wu. In het eerste bedrijf had ik wat moeite met de koorzang toen de koorleden nog vastgesnoerd op hun stoelen met hun rug tegen een immense hoge metalen muur zaten. Als een drukkende muziekgolf kwam de fortissimozang zo op je af dat je de adem bijna werd afgesneden. Adem kwam je ook te kort, maar dan in positieve zin, wanneer datzelfde koor zachte frases van de partituur ragfijn, subtiel en met gevoel voor nuance zong. In het tweede en derde bedrijf, in een meer ruimtelijke omgeving met meer bewegingsvrijheid, genoot ik nog meer met volle teugen van het koor dat op de toppen van haar kunnen excelleerde. Het bruidskoor, bij verschillende gelegenheden als een afzonderlijk nummer gezongen, hoorde ik binnen de context van deze uitvoering zelden zo fraai. Datzelfde enthousiasme kon ik niet opbrengen voor de solisten. De Oostenrijker Günther Groissböck bleek wel een uitstekende bas die de rol van keizer Heinrich de Vogler een leidende uitstraling gaf. Dat kon je van de held van de titelrol niet zeggen. Tegenwoordig wordt die rol van Lohengrin zowel door een tenor met een lichte (Klaus Florian Vogt) als een donker gekleurde stem (Jonas Kaufmann) met succes gezongen. In het Muziektheater was het de beurt aan de lichte getimbreerde tenor Nikolai Schukoff. Hij bezit een mooie stem maar straalt niet het personage uit van iemand die een bedreigde vrouw (Elsa) in hoogste nood redt en evenmin als een mogelijke legeraanvoerder van Brabant. Zijn volume was te gering en zijn hoge tonen kwamen weinig overtuigend door wanneer wat meer kracht van hem werd gevraagd. Ook de sopraan Juliane Banse kon de verwachtingen als Elsa niet helemaal waar maken. Haar verdienstelijke zang had toch te weinig glans en gloed om tot een topprestatie te komen. Het paar Friedrich von Telramund (Evgeny Nikitin) en zijn partner Ortrud kwamen vocaal en acterend beter voor de dag. Vooral de Duitse mezzo-sopraan Michaela Schuster zette een duivelse Ortrud neer die voortdurend trachtte twijfel te zaaien bij Elsa en haar uiteindelijk verleidde aan Lohengrin de verboden vraag te stellen naar zijn naam en afkomst. Het kostte Elsa haar huwelijk met de graalridder die daarna met zijn aria ‘  In fernem Land’ zijn naam en afkomst bekend maakte aan Elsa, de keizer en het volk. Daarmee was de ontknoping van deze opera een feit.

Geheugen

Deze uitvoering blijft ongetwijfeld in het geheugen geprent van de toeschouwers. De voortreffelijke regie van Pierre Audi speelt daarin een belangrijke rol, maar niet minder het decor van Jannis Kounellis. Hij creëerde een massief zwaar metalen decor dat mede door de speciale lichteffecten van Jean Kalman garant stond voor een acceptabele en tijdloze voorstelling. De fraaie kostuums van Angelo Figus waren een lust voor het oog. Vooral bij de koorleden speelden die een markante rol bij de geplande bewegingen die de regisseur voorschreef tijdens de verschillende scènes. Aangepast aan de omstandigheden manifesteerde het koor zich als soldaten, het volk en een bruidskoor in kledij waarbij een uniforme monumentale stijl de massaliteit versterkte.

Moderne aanpak

Lohengrin wordt beschouwd als een romantische opera waarin Wagner afscheid neemt van de zogenaamde nummeropera. Wagner laat vanaf vanaf 1843 de orkestratie een steeds belangrijker rol spelen in zijn opera’s. In plaats van recitatieven en losse aria’s in Italiaanse stijl componeert hij een ononderbroken stroom aan muziek. In het tweede bedrijf van Lohengrin wordt steeds duidelijker dat Wagner een modernere aanpak van componeren introduceert. Er is meer chromatiek, het veelvuldiger wisselen van toonsoorten en het zogenaamde Sprechgesang tussen Ortrud en Telramund verwijst naar der Ring des Nibelungen.

Samenvattend: Deze Lohengrin waarin tot teleurstelling van sommigen een echte zwaan was ingewisseld voor een karretje gevuld met roeispanen en enkele ganzenveren, was een lust voor het oog, spannend vanwege de gevoerde regie, indrukwekkend door het machtige koor en het geweldig spelend orkest, maar ook een beetje onder de maat door twee tegenvallende hoofdrolspelers. Alles bij elkaar: meer dan ruim voldoende!

Advertentie

Read Full Post »

Lezing voor Pathé medewerkers

Medewerkers Pathé Tilburg

Medewerkers Pathé Tilburg

Op zaterdag 22 november 2014 gaf ik een operalezing aan de medewerkers van de Pathé bioscoop in Tilburg die betrokken zijn bij de operavoorstellingen afkomstig van de Metropolitan Opera in New York. Het waren leuke nieuwsgierige jonge mensen en ze stelden goede vragen. Compliment!

Read Full Post »

Scene uit Médée

Scene uit Médée

Ze stonden in een groepje bij elkaar in de garderobe van het Parktheater in Eindhoven, Pim, Els, Mark en Jolanda. Ze kwamen net uit de grote zaal. Voor het eerst in hun nog korte leven zagen zij een opera. Veel ouder dan een jaar of 16 waren ze niet. ‘ Wat vond je ervan?, ‘ vroeg ik hen.  ‘ Indrukwekkend ‘ zei Pim. Mark: ‘Nog nooit zo iets gezien.’  Els en Jolanda waren wat spraakzamer. ‘ We zijn door de school gestimuleerd om naar deze voorstelling te gaan. We zouden er een leven lang wat aan hebben, werd ons verteld.’  Het ging immers om een tragedie van de Griekse dichter Euripides (480 v. Chr.-406 v. Chr.) op muziek gezet door de Italiaanse componist Luigi Cherubini (1760-1842). ‘ Pure cultuur, maar het was wel een hele kluif’, zei Els. ‘ Ik denk niet dat ik nog een keer naar een opera ga. Jolanda: ‘Ik denk er nog een keer oever na want muziektheater is echt indringend en je neemt er toch het nodige van mee. De orkestmuziek vond ik wel mooi maar aan die manier van zingen ben ik niet gewend.’

Wraakacties

Inderdaad de opera  uit 1797 was een zware kluif want Médée behoort tot de grote tragedies van het operarepertoire en de muziek is niet direct zo toegankelijk. Geen echte meezinger! Waarachtig een hele uitdaging voor het gezelschap “Opera2day’ dat een doeltreffende poging deed om het in vergetelheid geraakte oude meesterwerk weer te verbinden met deze tijd en het weer te laten terug keren op de podia van de muziektheaters. Deze groep van jonge zangers slaagde erin om in een bijna drie uur durende voorstelling met beperkte middelen de toeschouwers aan zich te binden. Zeker, deze voorstelling kun je niet vergelijken met die van een toptheater. Het orkest van circa 25 personen spelend op oude instrumenten, onder leiding van dirigent Herman Schwarzman, mocht dan wel wat dunnetjes klinken maar de uitstekend acterende zangers creëerden mede door de slim vervaardigde decors, bestaande uit losse panelen die functioneel inzetbaar waren, een morbide sfeer die bij dit drama past. De hoofdrol was weggelegd voor de Amerikaanse sopraan Maribeth Diggle. Haar vergelijken met Maria Callas, die deze opera na jaren van afwezigheid weer met veel furore op de Bühne bracht, zou niet eerlijk zijn. Diggle slaagde erin om, ondanks de zwaarte van de rol een geloofwaardige Médée te zingen. Ze vertolkte een meer dan wanhopige vrouw die haar minnaar Jason verloor aan de prinses Dircé en haar liefde voor hem omzette in een diepe haat die haar tot moordenares van haar rivale en van haar twee kinderen maakte. Deze moorden begaan door een vrouw die van haar twee kinderen hield, maar die uitsluitend doodde om haar minnaar te kwetsen, wetend dat ook hij immens van zijn kinderen hield zijn in onze samenleving helaas nog steeds actueel. Médée is het voorbeeld van een mens met zeer diepgaande emoties die niet meer beheersbaar zijn en die tot afschuwelijke genadeloze wraakacties lijden. Jason, gespeeld door de Argentijnse tenor Dario Schmunck, bood krachtig weerstand aan de verzoeningspoging van Médée maar moest toezien dat zijn nieuwe bruid door zijn ex, ook weer uit wraak, werd vergiftigd. Alexandra Schoeny, een lichte sopraan vertolkte de rol van Dircé, die aanvankelijk twijfelde aan de trouw van haar toekomstige bruidegom. Haar zang was gebaseerd op een goede techniek wat onder meer tot uiting kwam toen ze een barokke frase moest zingen. Hub Claessen speelde en zong de rol van koning Créon met overtuiging. Hij leek aanvankelijk aan de touwtjes te trekken door met zijn dochter Dircé en Médée manipulatief om te gaan. Dat de opera zo slecht zou aflopen had deze autoritaire koning ook niet kunnen bevroeden.

Verrassing

De muziek van Cherubini is bijzonder. Zij verwijst naar de al voorbije periode maar loopt ook vooruit op de structuur van bestaande composities. Langzame aria’s, en koorwerk worden afgewisseld met staccato-achtige emotionele snelle zang die woede en verdriet tot expressie brengen.

De regie had voor de toeschouwers nog een verrassing in petto. Créon riep tijdens de feestelijkheden rond het huwelijk tussen Jason en Dircé het publiek op te zingen. Wat gebeurde er? Een koor dat zich onder de toeschouwers had gemengd beantwoordde de oproep meteen. Zo kreeg het niets vermoedende publiek het gevoel direct bij de uitvoering betrokken te zijn. Een goed idee van regisseur Serge van Veggel. Nog een opvallend detail. Er was een groter aantal jonge mensen in de zaal dan gebruikelijk bij operavoorstellingen. “Opera2day” schijnt bij haar operaprojecten middelbare scholieren te betrekken. Een goede zaak in een poging om de  jonge mens met deze kunstvorm vertrouwd te laten raken. We willen immers Els, Marc, Jolanda en Pim graag terugzien in het Muziektheater. Ze zijn altijd welkom!

Read Full Post »

Erotische Carmen in de Met

Anita Rachvelishvilli als Carmen

Anita Rachvelishvilli als Carmen

Zondag 9 november zag ik in de Pathé bioscoop van Tilburg de opera Carmen van Bizet (1838-1875) vanuit de Metropolitan Opera, een reprise uit 2009. Insiders beweren dat dit de grootste productie sinds jaren is. De producent was de bekende regisseur Richard Eyre, die de afgelopen maand Le Nozze di Figaro regisseerde. De grootste productie is niet bij voorbaat een synoniem voor de beste. Daar kun je van mening over verschillen. In oktober jl. zag ik een dvd van Carmen van het operahuis Covent Garden in Londen uit 1992. Een uitvoering niet met HD kwaliteit zoals die we van de Met kennen, en ook niet met decors die het gehele podium bijna vullen. De kazerne en de gevangenis in het eerste bedrijf en de arenatribunes voor de bezoekers van de stierengevechten in het vierde bedrijf zagen er historisch, traditioneel, monumentaal uit. Je waande je werkelijk in Sevilla in Spanje. Indrukwekkend!

Flamenco

Moeite had ik daarentegen met het Grand café waar de intimiteit ontbrak van een kroegje waar smokkelaars en hun vrouwen onder het genot van hun wijntje hun plannen uitbroeden en waar zigeuners bij elkaar komen om de kaart te leggen en spontaan handenklappend de flamenco, met wapperende rokken te dansen. Dat zag er in Carmens stamkroeg  van Lillas Pastia in de Londense uitvoering beter en gezelliger uit. Niet in de Met dus, want daar stuurde men een gelikte dansgroep het podium op die in de te grote taverne een feilloze flamenco danste. Leuk voor de liefhebbers van ballet, maar ik zie liever vrouwen van smokkelaars die ook nog even voor het nachtelijk uur uit hun dak willen gaan. Jammer! Het is maar waar je van houdt. Het libretto van Meilhac en Halévy biedt nu eenmaal ruimte tot verschillende interpretaties. Wel staat vast dat het publiek een passievolle Carmen, een macho stierenvechter, een moordzuchtige Don José en een onschuldige, verlegen Michaëla wil zien. De Met kwam op de proppen met de Letse heldentenor Alexandrs Antonenko als een goed ogende en uitstekende zingende Don José die zijn reputatie waar maakt, met Ildar Abdazakrov die met charme zijn Toreadorslied zong en de voor een verlegen dorpsmeisje wat te fel uit haar ogen kijkende Anita Hartig als Michaëla. Hartig was een uitstekende muzikale tegenpool van de Carmen figuur. Het dorpsmeisje overhandigde Don José tijdens haar lichtvoetige fraaie zang de brief van zijn moeder en beïnvloedde hem later zodanig dat hij terugkeerde naar zijn stervende moeder. De hoofdrol Carmen was weggelegd voor de Georgische mezzosopraan Anita Rachvelishvilli. Ze zong temperamentvol, uitdagend en gebruikte al haar fysieke mogelijkheden om vrijwel iedere man die ze tegenkwam het hoofd op hol te jagen. Altijd toonde ze wel een bloot been zien of liet mannen gluren in haar decolleté om nog geen seconde later met een ruw gebaar een kerel van zich af te duwen. Aantrekken en afstoten, mannen begeren en graag begeerd worden was haar mantra.

Assertief

Geen echte assertieve Carmen zoals de mezzosopraan Maria Ewig in Londen, die haar minnaars met zorg uitkoos en haar ogen en haar donker getimbreerde stem meer het verleidelijke werk liet doen om een begeerde minnaar tot de hare te maken.

De opera Carmen is een toegankelijk werk. Het aantal opnamen is talloos. De bekende habanera kent iedereen en geeft ook de essentie weer van wat de intuïtieve Carmen voelt en denkt. Ze zingt: ‘ L’ amour est un oiseau rebelle’ (De liefde is een rebelse vogel die zich door niemand laat temmen.) De sensuele Carmen doet wat in haar opkomt, ze neemt een minnaar en dumpt hem snel wanneer het haar goed dunkt. Dat haar relatie met Don José maar kort duurt is onvermijdelijk. De twee karakters passen totaal niet bij elkaar. Zij is een avontuurlijke zigeunerin die met de smokkelaars de bergen in wil en haar vriend maar een watje vindt en zich ergert aan zijn jaloezie. Don José echter is een eenvoudige jongen uit een dorp die het in het leger tot korporaal schopt, steunt op de protectie van zijn moeder en terugverlangt naar zijn geboortedorp. Hij valt voor de avances van de criminele Carmen en laat daarvoor zijn jeugdliefde Micaëla schieten. Hij laat Carmen ontsnappen als hij haar op bevel van een officier naar de gevangenis moet brengen en wordt daarom prompt tot soldaat gedegradeerd. Zijn hevige passie voor Carmen, prachtig onderstreept in de aria ‘ La fleur que tu m’ avais jeté ‘ maakt hem tot een onbeheerste moordenaar. De reprise van deze Carmen in de Met was een melancholische voorstelling met mooie beelden en volgens de Franse traditie gelardeerd met enkele dansscènes die bij het publiek in de smaak vielen.

Bizets Carmen lijkt gemakkelijk te zingen maar de ensembles zijn lastig en regisseur Eyre vraagt soms grote fysieke inspanningen van de protagonisten. Het koor van de Met was weer goed op dreef. De soldaten de meisjes van de sigarettenfabriek wisten elkaar wel te vinden. Opvallend was wel dat de heren soldaten zich in deze uitvoering zeer handtastelijk gedroegen ten opzichte van de vrouwen. Zijn mannen, of alleen soldaten altijd zo, volgens de regisseur? Het kinderkoor had goed geoefend. The kids imiteerden de soldaten prima, zongen goed en gedroegen zich spontaan zoals we dat vroeger op straat zagen. Het publiek in de Met was zoals steeds na afloop zeer enthousiast en dat gold ook voor de 60 bezoekers in de Pathé bioscoop.

Tip

Wanneer men zich wat meer in het fenomeen opera wil verdiepen is het raadzaam om in een betrekkelijk korte tijd dezelfde opera te zien met andere zangers en regisseur. Je leert het werk beter kennen en beseft dat een standaard uitvoering niet bestaat. En saai is het sowieso niet. Thuis kijk je toch ook meer dan eens naar een schilderij en dan vanuit verschillend perspectief of belichting. Je ziet dan steeds nieuwe dingen die je voorheen niet zag. Regisseurs en zangers kijken ook vanuit een verschillend perspectief naar een opera. Zo blijft een werk spannend en je hoort en begrijpt een tweede keer beter de boodschap die de componist en librettist je voorschotelen.

Read Full Post »

Scene uit Khovansjtsjina

Scene uit Khovansjtsjina

Afgelopen woensdag was ik in de Vlaamse opera in Antwerpen om de opera Khovansjtsjina van Modest Moesorgski te zien. Uitverkocht was de zaal niet. Wellicht was de lengte van het werk dat bijna vier uur duurt een te grote drempel. Bovendien is de naamsbekendheid van deze Russische opera niet zo groot als die van Boris Godoenov. Onbekend maakt onbemind.

Khovansjtsjina is een complexe opera. Het door de componist zelf geschreven libretto is gekoppeld aan de door hem geïnterpreteerde Russische geschiedenis van de 17e eeuw. Er is om deze uitvoering te realiseren ongetwijfeld veel energie en repetitietijd gestoken in dit omvangrijke werk waarbij bijna honderd koorleden en elf voornamelijk Russische solisten zijn betrokken. Ze hadden eer van hun werk want de toeschouwers beloonden hen met een langdurig applaus. Voor hun prestaties waren vooral verantwoordelijk de Russische dirigent Dmitri Jurowski en de beroemde regisseur David Alden die, net als zijn tweelingbroer Christopher, besloot op zijn dertiende jaar operaregisseur te worden. David kreeg vooral waardering in Europa door politiek gekleurde opera’s met succes te regisseren. De abonnementhouders van de Vlaamse opera maakten al eerder met hem kennis omdat hij voor dat operahuis ook Peter Grimes van Benjamin Britten regisseerde.

Dreiging

Voor deze nieuwe productie van Khovansjtsjina, die geweld, angst en machtsmisbruik uitademt, waren door Paul Steinberg verschuifbare decorwanden ontworpen die het mogelijk maakten om voortdurend dreigende situaties op te roepen. Vooral de belichting van Adam Silverman hielp daarbij een handje door met slimme schaduwwerking voor een extra sinistere sfeer te zorgen. De Streltsy, gespeeld door het koor van de Vlaamse opera,  profiteerde daarvan want deze door Ivan Khovanski geleide terreurbeweging zaaide voortdurend namens de heersers onrust en paniek onder de bevolking maar had het vooral ook gemunt had op de adellijke groot grondbezitters die ze plunderaars van de schatkist noemden. Het koor vertolkte ook de zogenaamde ongeletterden en oudgelovigen die het moeilijk hadden om te overleven. Die laatste groep besloot in de finale zelfs tot een aangrijpende collectieve zelfmoord door zelfverbranding. Wie van Russische melancholische koren houdt kwam volledig aan zijn trekken. Ze klonken soms terughoudend plechtig, dan weer sterk ritmisch door pittige staccato noten. De door de grote omvang van de decors beperkte speelruimte was voor David Alden geen belemmering om het grote aantal zangers dynamisch te laten acteren. Een groot compliment dus voor Alden maar ook voor de Russische dirigent Dmitri Jurowski die het orkest met vaste hand leidde en er voor zorgde dat niemand van de elf solisten ontspoorde al vond ik wel dat het orkest in bepaalde scènes wat te veel gas gaf. Vooral de blazers meenden enige doofheid waaraan ik lijd te moeten compenseren. Ook de solisten zongen steeds zeer luid wat begrijpelijk was daar ze weinig vriendelijkheid naar elkaar uitstraalden.

Gepassioneerde aria

Er was nauwelijks plaats voor enige tederheid. Een positieve uitzondering was de vergevingsgezindheid en verzoening van Marfa voor haar verloofde de criminele Andrei Khovanski. Het was een moment dat ik koesterde omdat door de keuze van het juiste geluidsniveau de schoonheid en de warmte van haar stem tot haar recht kwam.  Marfa is een zieneres, een gepassioneerde aardse vrouw maar ook overtuigd religieus. De rol werd gezongen door de donker getimbreerde mezzosopraan Julia Gertseva.

Omdat Moesorgski zijn opera achterliet zonder de orkestratie nam Rimsky Korsakov die voor zijn rekening tijdens de première op 21 februari 1886. De Vlaamse opera maakte nu gebruik van de orkestrale versie van Sjostakovitsj uit 1958.

Khovansjtsjina is een werk dat de geweldsgolf in het Rusland van de 17e eeuw weerspiegelt. De plot van de opera is te gecompliceerd om hier uit de doeken te doen en tevens het licht te laten schijnen op de individuele prestaties van de zangers. Toch kan ik niet onvermeld laten de aria uit het derde bedrijf van protagonist Sjaklovity vertolkt door de prachtig zingende bas-bariton Oleg Bryjak. Deze meest gepassioneerde aria van de hele opera  vertelt veel over de individuele beleving van het personage in een land dat bol staat van de spanningen tussen rivaliserende machtshebbers. Het is een lamento over het drama van Rusland. Sjaklovity bezingt zijn zorgen over de toekomst van zijn land maar dat valt dan weer moeilijk te rijmen met zijn wreedaardigheid en cynisme dat volgens het libretto aan de basis ligt van de aanklacht tegen de Khavanski’s. Bovendien brengt deze bojaar de eens zo machtige leider van de Streltsy Iwan Khavanski koelbloedig om het leven. Het is een heel dramatisch en een emotioneel moment uit de partituur dat voorbehouden blijft voor deze intrigant.

Hervormingen

Khovansjtsjina is ook een opera die de spanning weergeeft tussen machthebbers die alles bij het oude willen laten en zij die hervormingen wensen. In het tweede bedrijf ontstaat een verhitte discussie over machtsaanspraken tussen de conservatieve Iwan Khovanski, Dosifej de behoudende leider van de oudglovigen en de hervormingsgezinde westers georiënteerde prins Golytsin, die staat voor afschaffing van de slavernij en religieuze tolerantie. Dosifej is een van de spilfiguren van Moesorgski opera. Eens was hij ook een vorst. Tijdens het overleg met zijn twee gesprekpartners probeert hij beiden te bekeren maar wordt in feite belachelijk gemaakt. Wat een beraadslaging had moeten zijn om de situatie in het land te verbeteren ontaardt in verwijten, laster, geruchten, beschuldigingen, afgunst en strijd om de macht. Rationele argumenten komen niet aan de orde wel een chaotisch einde van het overleg gebaseerd op machtsdenken! Een ontluisterend einde. Het past precies bij deze opera.

Een citaat van dirigent Dimitri Juwowski lijkt mij na het zien van Moesorgski’s werk op zijn plaats: ‘De conflicten uit de opera zijn vandaag heel herkenbaar, denken we aan de enorme spanning tussen christendom, islam en judaïsme. De opera handelt onder meer over de spanning tussen geloof en religie. Er zijn echt gelovige mensen en er zijn anderen die religie gewoon gebruiken voor een welbepaald doel – het verwerven van macht in de eerste plaats.’ Wie herkent dit niet? Khovansjtsjina confronteert ons met de gewelddadigheid in onze huidige wereld. In die zin componeerde Moesogski een tijdloze opera die meer dan de moeite waard was.

U kunt Khovansjtsjina nog bij de Vlaamse opera zien op 8 november in Antwerpen en in Gent op 28, 29, 30 november en 2 december.

Read Full Post »