Dinsdag 29 november jl. zag ik Le nozze di Figaro van W.A. Mozart in de schouwburg van Tilburg. Ik trof bij aankomst een volle zaal aan met relatief veel jonge mensen die zich uitten alsof ze een popconcert bijwoonden. Na Iedere aria of ensemble slingerden ze een aantal kreten begeleid door lachsalvo’s naar de acteurs. Was de opera buffa dan ook zo grappig? Ik herinner me uit mijn jonge jaren dat ik het werk van Mozart geweldig vond vanwege de prachtige aria’s die me deden vermoeden dat de protagonisten er hun gevoelens over de liefde er de vrije loop konden laten gaan. Wat mij in deze opera zo tegenstond waren de talloze listigheden, persoonsverwisselingen en snelle verkleedpartijen die het libretto zo ingewikkeld maakten dat ik aan het einde van de opera alleen maar wist dat het hele gezelschap de overspelige graaf Almaviva een lesje had geleerd dat hem er toe bracht zijn echtgenote om vergeving te vragen. Aan dat verzoek voldeed ze graag!
Poppenkast
Het libretto van Lorenzo da Ponte is geschreven naar het toneelstuk ‘Le mariage de Figaro’(1784) van Caron de Beaumarchais. De première onder leiding van de componist was op 1 mei 1786 in het Burgtheater te Wenen. Het heeft in deze opera heel wat voeten in de aarde voordat Susanna en Figaro in het huwelijk treden. Dat gebeurt pas tegen het einde van de opera. Voordat het zover is spelen zich merkwaardige tonelen af vol leugens en list. Dat gebeurde bij opera Zuid voornamelijk in een soort houten poppenkast van twee etages waar graaf en gravin Almaviva met hun personeel woonden. Al snel blijkt dat de graaf een rokkenjager is en hij heeft het voorzien op het kamermeisje Susanna die met kamenier Figaro wil trouwen. Almaviva wil terugkomen op een afgeschaft recht dat in adellijke kringen bestond, daarbij was het de gewoonte dat de heer des huizes het recht opeist om ‘de eerste nacht ’ (jus primae noctis) met een vrouwelijke bediende, die op het punt staat te huwen door te brengen. Van dit recht deed de adel in Frankrijk eind 18e eeuw wel formeel afstand maar de graaf wilde met Susanna toch graag nog een intiem rendez-vous. Figaro wil dat voorkomen en zal in de finale van de opera de graaf samen met Susanna en de gravin een lesje leren. In deze opera is sprake van een relatiecarrousel die steeds tot de vraag leidt: wie is wie? Wel spannend!
De dirigent Arjen Tien beschikte over een cast van maar liefst elf protagonisten die allen door gecompliceerde verhoudingen op elkaar betrokken zijn bij deze klucht. Niemand kan echt een hoofdrol voor zich opeisen al zijn Suzanna, Figaro, de gravin, de graaf en Cherubino wel dominant aanwezig. Iedere personage krijgt van Mozart de gelegenheid om zijn gevoelens te uiten via cavatina’s. De verbondenheid tussen de personages krijgt in deze opera nadrukkelijk gestalte door de duetten, terzetten en kwartetten (de ensemblezang). Opvallend is dat Mozart in deze opera buffa in tegenstelling tot zijn opera seria’s de handeling tijdens het zingen van een aria laat doorlopen.
Protagonisten
De rol van graaf Almaviva werd vertolkt door de matig overtuigende bariton Rubin Plantinga. Hij speelt een gefrustreerde man die er voortdurend op uit is om jonge vrouwen te veroveren. Wanneer hij ten onrechte vermoedt dat zijn echtgenote hem ontrouw is, blijkt hij zijn jaloerse gevoelens niet te kunnen onderdrukken. Graaf Almaviva krijgt het dan verschrikkelijk moeilijk. Hij gelooft dat iedereen tegen hem is. Dat laat hij horen in de 3e akte in zijn aria: ‘Hai gia vinto la causa!’ De gravin beseft dat de gelukkigste tijd van haar huwelijk voorbij is. De goed zingende Griekse sopraan Anna Stylanaki getuigt daarvan in de beroemde aria ‘Porgi, amor.’ Zij weet van Susanna dat haar echtgenoot Susanna geld wil geven in ruil voor haar gunsten. Omdat haar echtgenoot een jaloerse man is en haar zal verdenken van ontrouw wanneer zij alleen wordt aangetroffen met iemand van het andere geslacht, wil zij hem met Susanna een lesje geven door hem te betrappen op zijn overspelige verlangens. Daarom doet zij mee aan een verkleedpartij om hem in een val te laten lopen. In de 3e akte vraagt ze zich in de aria: ‘E Susanna non Vien ’ af of ze aan die valstrik wel mee mag doen. Gelijktijdig hoopt ze dat de graaf zich weer met haar verzoent.
Klasse bewustzijn
De rol van Figaro is een interessante. Hij is immers de rivaal van de graaf. Bovendien speelt bij hem het politieke klassenbewustzijn van zijn opponent een rol. In de beginfase van de opera spot Figaro heel duidelijk met het feodale recht, tijdens een dialoog met Susanna. Ook in de 2e akte komt hij erop terug tijdens een gesprek met Susanna en de gravin. De Nederlandse bariton Martijn Sanders verving Nikos Kotenidis, en vulde de rol van Figaro goed in.
De rol van Susanna werd op de planken gezet door de Russische sopraan Anna Emelianova. Zij is de persoon die de touwtjes in handen heeft. Met lieftalligheid, list en energie lost ze problemen op, ze verovert de man die ze wenst en geeft niet toe aan de avances van de graaf.
De zangerscast was van wisselende kwaliteit. Op zich geen wonder, want opera Zuid biedt een podium aan jonge zangers die nog veel ervaring op moeten doen. Tot de beste acteurs van deze uitvoering behoorden het oudere koppel Stefan Stoll en de afscheidnemende Miranda van Kralingen, respectievelijk als Bartolo en Marcelina.
Modern was het vanavond niet. Alle gebaande wegen werden betreden. Ik ervoer weinig diepgang. Zo nu en dan had ik het gevoel dat alles in deze opera voorspelbaar was en maar voort kabbelde zonder tot echte hoogtepunten te komen waarvoor je op het puntje van je stoel gaat zitten. Ik heb me zeker vermaakt en was eigenlijk vooral enthousiast over de bezetting van de zaal door de jonge mensen die na afloop de cast toejuichten. Dat gebeurt lang niet altijd.
Geef een reactie