Zondag 18 december was ik in de Pathébioscoop bij de uitvoering van de opera L ‘Amour de loin van de Finse componist Kaaija Saariaho, een productie vanuit de Metropolitan opera in New York. Een werk dat door het grote publiek nog wordt miskend. In ieder geval in de regio Tilburg waar al wel 60 kaarten in de voorverkoop zijn verkocht voor de opera Nabucco van Verdi die in januari wordt vertoond. Ik veronderstel dat die miskenning staat voor: onbekend maakt onbemind. De twaalf toeschouwers die er waren vonden, dat we hier te maken hebben met een meesterwerk dat rustig geschaard kan worden onder de grote werken van Verdi, Puccini en andere opera coryfeeën. Beste lezer: u hebt dus iets bijzonders gemist.
Al in 2010 zag ik deze opera in de Vlaamse Opera. Eerlijk gezegd moest ik toen ook wennen aan de complexiteit van die uitvoering die behalve muziek en vocale kracht ook te doen had met acrobatiek. Daar was nu geen sprake van. Het verhaal op zich was niet ingewikkeld en de prachtige toneelbeelden en de rustige regie lieten geen enkel misverstand bestaan over het verloop van het libretto van Amin Maalouf.
Liefde op afstand
De toeschouwer wordt in deze opera geconfronteerd met de fictieve biografie van de troubadour Jaufré Rudel uit de 12e eeuw die in zijn liederen de zuivere liefde op afstand bezong. De opera verklankt op dramatische wijze het gevoel van verscheurdheid van de protagonisten die bang zijn hun liefde voor een geïdealiseerde persoon te verliezen wanneer ze werkelijk met elkaar worden geconfronteerd. Jaufré, de prins van Blaye, vertolkt door de bas Eric Owens, heeft genoeg van een oppervlakkig leven en verlangt naar een ideale minnares die niet alleen een ware schoonheid is, maar ook eigenschappen bezit die een graad van perfectie bereiken. In zijn verzen cultiveert hij dat verlangen dat wellicht nooit zal worden vervuld. Hij gelooft eenvoudig niet in het bestaan van een persoon die aan zijn verlangen kan voldoen totdat een reizende pelgrim hem bevestigt dat de ideale geliefde wel degelijk bestaat. Clémence is haar naam. Zij is naar het Oosten verhuisd en de gravin van Tripoli. Jaufré wordt geobsedeerd door de verhalen die de Pelgrim over die prachtige vrouw vertelt. Zijn verlangen om haar te zien wordt zo sterk
dat hij besluit om naar haar toe te gaan. Hij neemt daarmee een risico, want hij zet daarmee zijn ‘ liefde op afstand’ op het spel. Stel dat deze dame toch niet overeenkomt met het ideaalbeeld dat hij van haar heeft, dan verliest hij zijn grote liefde. Dat beseft hij en het is een kwelling voor hem, maar hij gaat! Tijdens zijn reis wordt hij zo ziek van zijn onzekerheid dat hij na zijn aankomst in Tripoli vrijwel meteen sterft in de armen van zijn geliefde Clémence. Deze prachtige vrouw, schitterend vertolkt door de sopraan Susanna Phillips, is door de verhalen van de Pelgrim over Jaufré ook helemaal verliefd geworden op deze man die ze nooit gezien heeft. Ze is wanhopig door zijn dood en smeekt God om hem nog wat tijd te gunnen. Haar verzoek wordt niet gehonoreerd. Zij uit haar woede op God maar vraagt hem even later om vergeving voor deze uitbarsting. Haar laatste woorden zijn: Heer gij zijt liefde, ik houd van u. ‘Heer gij zijt de liefde, Gij zijt de verre liefde.’ Ook nu ervaart Clémence liefde op afstand als een realiteit en besluit zoals de Heer zich eens voor haar opofferde, dit nu voor Hem te doen door in te treden in een klooster.
Rijke orkestratie
De regie van deze poëtische, sensuele uitvoering is in handen van Robert Le Page. Wat er op het podium gebeurt, is een lust voor het oog mede dankzij Michael Curry. Hij liet enkele tienduizenden ledlampjes op het podium aanbrengen die als eenheid de Middellandse zee voorstellen. De toeschouwer ziet een bootje varen waarin de Pelgrim over de zee reist van Jauré naar Clémence en hen inlicht over elkaars onbekende lover op afstand. Ook de reis van de Pelgrim met Jauré wordt zichtbaar terwijl de emoties bij de acteurs naar grote hoogte stijgen nu Jauré zijn onbekende geliefde nadert. De positie die de twee geliefden innemen is ook bijzonder. In het eerste bedrijf staan ze op een vrij steile trap vanaf de kust uitkijkend over de zee. In de tweede acte komen beiden in de finale samen op de trap van Clémence waar Jauré sterft in de armen van zijn ideale vrouw. Het geheel is van ongekende pracht en de kleding van Clémence geeft het gevoel een prachtig sprookje te zien. Saariaho’s geraffineerde partituur sluit naadloos aan bij de poëtische taal van librettist Maaloufs. Zij combineert echo’s van de troubadourkunst met een rijk gedetailleerde orkestratie. Om de zanglijnen, die op een recitatieve wijze worden gezongen, op de voorgrond te plaatsen is de orkestratie vaak kamermuzikaal en transparant.
Muziek
Er wordt gebruik gemaakt van elektronische muziek. De zang van de partituur doet denken aan Monteverdi en is veelal declamatorisch en medidatief. De zang is volledig tonaal maar de componist maakt in de orkestratie ruim gebruik van dissonanten. Alleen tijdens de tussenspelen wordt op symfonische wijze gemusiceerd. De poëtische teksten zijn prachtig en stemmen tot nadenken waardoor de gelaagdheid van deze opera groot is. Wellicht herkennen mensen dat ook zij geliefden op afstand hadden (of hebben)die zij nooit zagen of kenden en dat dan realiteit en fictie ver van elkaar af stonden.
De zangrollen werden uitstekend ingevuld. Owe had soms wat last van tonen die voor hem wat aan de hoge kant waren maar acterend vulde hij zijn rol uitstekend in. Dat deed ook de sopraan Susanne Phillips die over een prachtige techniek beschikt en haar rol als Clémence perfect waarmaakte. De mezzosopraan Tamara Mumford was een ideale Pelgrim. De dirigent Susanna Mälkki leidde bekwaam de solisten, het koor en het uitstekende orkest van de Met. Het publiek had veel applaus over voor deze zeer geslaagde productie. Eindelijk zag ik weer eens een moderne opera waarvan de première was op 15 augustus 2000 in Salzburg tijdens de Festspiele. Een uitvoering die ik zeker niet vergeet.
Geef een reactie