Feeds:
Berichten
Reacties

Archive for februari, 2017

Goirle omarmt Salomé van Richard Strauss

 

Angela Denoke als Salomé

Angela Denoke als Salomé

Wat ik niet verwacht had gebeurde. Maar liefst negentig mensen kwamen dinsdag 21 februari naar het Cultureel Centrum Jan van Besouw in Goirle om op een groot filmdoek de opera Salomé van Richard Strauss (1864-1949) te zien. Ik was verrast omdat tot dan toe de voorkeur van de dorpsbewoners duidelijk uitging naar Italiaanse opera. De mensen moesten dus een knop omzetten en tijdens de voorstelling enigszins wennen aan Sprechgesang en een sterk dominante orkestratie in plaats van een bescheiden orkestbegeleiding ten behoeve van de zangers. Dat hen dat lukte was te danken aan hun flexibiliteit maar ook aan een buitengewoon goede cast die het Festspielhaus van Baden-Baden op de been bracht en die het publiek een voorstelling bood die men niet gemakkelijk zal vergeten. Ongetwijfeld waren er toeschouwers die de bloederige slotscène maar matig konden waarderen want te veel bloed op het podium is toch iets waar de toeschouwers meestal niet op zitten te wachten.

De sluierdans
Ik had tijdens mijn presentatie van Salomé de toeschouwers enigszins voorbereid op wat er zou komen en hen tevens verteld dat de première van Salomé op 9 december 1905 in de Semper Oper in Dresden niet zo’n groot succes was. Die veroorzaakte namelijk, evenals veel uitvoeringen daarna in andere grote operahuizen, meteen een schandaal. Niet alleen omdat de componist de grenzen opzocht van de tonaliteit, maar vooral omdat de opera, naar het gelijknamige toneelstuk van Oscar Wilde, werd ervaren als een pervers stuk. Bovendien weigerde toen de 37-jarige dramatische Wagnersopraan Marie Wittich, die de rol van Salomé vertolkte, het hoofd van Jochanaan, gemaakt van papier-marché, te kussen ze riep: ‘Ich bin ein anständige Frau’. Haar zwaarlijvigheid verhinderde haar ook nog de sluierdans uit te voeren. Daarvoor werd de hulp van een danseres ingeroepen. Dat probleem was er in Baden-Baden niet. De titelrol stond de  ‘hoog Duitse sopraan ‘ Angela Denoke als het ware op het lijf geschreven. Circa honderd minuten stond ze onafgebroken op het podium om met haar uitstekende voordracht en met haar vocaal vermogen een ijzersterke Salomé neer te zetten. Een externe danseres voor de sluierdans was overbodig. Zij danste zelf zonder er een striptease van te maken en slaagde er in om haar stiefvader, vertolkt door Kim Begley, daarmee seksueel op te winden. Wie die dans en tien minuten later ook de zeer lange monoloog, al vrijend met het hoofd van Jochanaan, tot een goed einde brengt kan terugzien op een geslaagde vertolking. Angela Denoke lukte dat volkomen. Ook de heftige dialogen met Jochanaan, waarin Salomé volkomen in de ban raakt van het lichaam van de profeet, zijn spannend en dramatisch. De Amerikaanse bas-bariton Alan Held vertolkte een ontketende profeet, die geen aanraking duldt van Salomé, laat staan dat hij door haar gekust wil worden ondanks dat zij daarom smeekt. Met zijn rijzige gestalte presenteert hij zich als een prediker die Salomé en haar overspelige moeder Herodias de les leest. Dat wordt door Herodias, vertolkt door de Duitse mezzo-sopraan Doris Stoffel, niet erg gewaardeerd en zij laat dat meerdere keren blijken door vilein stemgebruik met de nodige donkere tonen. Haar acteerprestatie is prima en ze is zich van haar waardigheid bewust. Dat blijkt tijdens een ruzie met haar echtgenoot waarbij ze hem duidelijk maakt dat zij en haar dochter van Koninklijke bloede zijn en hij slechts de zoon van een kamelendrijver is. Wanneer haar man zich vergaapt aan haar dochter en met haar wil dansen verzet Herodias zich fel daartegen.

Pervers leven
Angela Denoke excelleerde als Salomé. Ook de Engelse tenor Kim Begley speelde de partij van de walgelijke Herodes fantastisch. We zagen hem tevergeefs een vijftal ruzie makende Joden het zwijgen opleggen. De zinloze twist ging over het feit of Jochanaan God heeft gezien. Wanneer Jochanaan plotseling de komst van de Messias verkondigt en een Jood roept dat deze Messias wonderen verricht en zelfs de doden uit de dood kan opwekken wordt Herodes door een grote angst bevangen. ‘Dat moet de man verboden worden,’ roept hij,  Hij vreest de opwekking van de doden.

Sterk was het optreden van Begley nadat Herodes van zijn stiefdochter een sexy dans had afgedwongen. Salomé verlangde van Herodes nakoming van zijn eed als beloning voor haar dans. Er ontspon zich een spannende scène waarin Herodes haar van alles wilde toezeggen zoals een half koninkrijk maar zij bleef als een verwende tiener het hoofd van Jochanaan opeisen. Herodes wilde niet toegeven: ‘Hij is een man die God gezien heeft.’ Salomé krijgt echter toch haar zin. Zonder enige gêne ontfermt ze zich over het hoofd van Jochanaan en kust langdurig zijn mond tijdens haar grote slotaria. Haar lusten zijn bevredigd. Wat moet ze nog meer in dit decadente perverse leven? Niets! De soldaten doden haar op bevel van haar stiefvader.
Het drama speelde zich af in een decor dat bestond uit diverse vlakken, een zwart spiegelende vloer boven de kerker waarin Jochanaan zat opgesloten, een vide, trappen, kortom een deels bouwvallige, wat sinistere omgeving. Met diverse kleuren licht werd de passende sfeer bij een scene gecreëerd.

De in 2011 opgenomen voorstelling van Salomé heeft grote indruk op me gemaakt door een geweldige verbeelding van het bijbels verhaal, gekoppeld aan een erotische sfeer en een wellustige moord. De muziek was ongemeen spannend door de toegepaste chromatiek en het gebruik van dissonanten. De protagonisten speelden hun rol op het scherp van de snede, waardoor het publiek ademloos toekeek. Hulde aan regisseur Nikolaus Lehnhof maar vooral ook voor de door mij al jarenlang bewonderde dirigent Stefan Soltesz die het Duitse Symfonieorkest van Berlijn voortreffelijk leidde en daarmee de basis legde van een zeer geslaagde uitvoering.

Advertentie

Read Full Post »

gouden-haan-3 Met Europaclub Nederland reisde ik op Zondag 12 februari naar Düsseldorf om de opera ‘De Gouden Haan’ van Nicolai Rimski-Korsakov (1844-1908) te zien. Het werk zag ik nog nooit live, maar ik kende het alleen van een dvd opname uit het theater Châtelet in Parijs onder leiding van Kent Nagano, met het koor, van het Marinski theater van St. Petersburg. Die weergave was me goed bevallen. Ik meende tamelijk onvoorbereid naar het theater in Düsseldorf te kunnen gaan. Die veronderstelling klopte niet. Ik ervoer, na de eerste acte, al spoedig de handicap dat ik het libretto niet had gelezen. Dat werd wel razendsnel weergegeven via de boventiteling maar bood me toch onvoldoende perspectief om de opera goed te kunnen volgen. Zeker, de synopsis had ik wel goed in mijn hoofd maar het was te weinig om me te identificeren met de protagonisten. Wel werd ik me er van bewust dat ‘ De Gouden Haan’ een werk is van een van de vijf componisten van het zogenaamde ‘Machtige Hoopje’(Cui, Borodin, Balakirev, Moessorgsky en Rimski-Korsakov )dat zich voorgenomen had om zich niets aan te trekken van de invloed van de westerse muziek, maar met behulp van Russische schrijvers van plan was de Russische ziel in hun werk bloot te leggen. In de ‘Gouden Haan’ gebeurde dat ook. In de Russische muziek hoor ik nostalgie, deemoed en onweerstaanbaar lijden. Het volk wordt ook in deze Russische opera door Tsaar Dodon onderdrukt.  Informatie aan familie van soldaten over het verloop van de strijd laat hij niet toe en in de tekst hoor ik diezelfde mensen zingen: ‘Als men ons slaat, dan verdienen we het.’ Het volk is enthousiast over de tsaar wanneer hij, na vier overwinningen, met de tsarina van Sjemacha terugkeert maar wanneer hij even later de dood vindt door toedoen van de haan voelt het volk zich reddeloos en radeloos. Opvallend is de offerbereidheid en zelfverloochening die bij de soldaten voelbaar was toen de mannen zonder morren naar het front trokken en hun vrouwen hun lot betreurden. Het collectieve optreden van het volk werd zichtbaar door de ontvangst van een zegevierend leger beladen met vele, vermoedelijk geplunderde, goederen. De eensgezindheid verdween op slag toen iedereen een poging deed een pakket aan een ander te ontfutselen.

Aanleiding
gouden-haan-4 De opera is een satirische fantasie-opera waarin de tsaar (koning) Dodon stevig op de hak wordt genomen. Het verhaal heeft betrekking op een Japans –Russisch conflict en is gebaseerd op het stuk van Poesjkin uit 1834. Het is de laatste, misschien wel de meest opwindende opera, van de componist Rimski-Korsakov. Aanleiding voor de compositie was de aanval in 1904 van Japan op Rusland omdat de Japanse regering de moed had opgegeven om de Russen te bewegen Mantsjoerije terug te geven. De Russische afweer was slecht georganiseerd en ze verloor niet alleen het openingsgevecht maar ook een groot deel van de daarop volgende conflicten zodat het leger en de marine werden vernederd juist door een land waarvan men dacht dat het geen ernstige bedreiging vormde. Rusland verloor niet alleen de oorlog maar ook het respect van haar onderdanen.
Rimski-Korsakov begon aan het werk kort na de Japanse overwinning in 1906. In 1907 moest het werk aan de censor worden voorgelegd. De componist stief in 1908 zonder het werk gezien te hebben omdat de censor het werk aanvankelijk afkeurde. Pas in 1909 was men akkoord met het libretto na enkele wijzigingen. De Première was op 17 oktober 1909 in Moskou.

Terug naar het begin
Het libretto van de Gouden Haan is geschreven door Vladimir Belski. De Düsseldorfer Symfoniker en het koor van de ‘Oper am Rhein’ stonden onder leiding van dirigent Kimbo Ishii. De enscenering was van Dmitry Bertman.

Satiregouden-haan-1
Waar gaar deze opera over? Tsaar Dodon en zijn zonen Guidon en Afron zitten in de enscenering van Dmitry Bertman in een grote badkuip om te overleggen hoe zij een oplossing kunnen vinden om vijandelijke legers buiten hun grenzen te houden. Dat gaat niet best. Een astroloog meldt zich. Hij wil Dodon een haan schenken die waarschuwt wanneer er dreiging is afkomstig van een vijandelijk leger. Als beloning voor de geschonken vogel wil de astroloog straks een wens in vervulling zien gaan. De haan kraait: er is gevaar. Nu blijkt dat de zonen van Dodon niet in het leger willen maar Dodon eist dat ze naar het front vertrekken. De haan stelt daarna iedereen weer gerust en zegt dat men rustig kan gaan slapen.

Het duurt niet lang of de haan kraait weer. Het volk zingt: ‘ Onze heerser slaapt. Wat doen we?’ Generaal Polkan waarschuwt dat het leger verslagen dreigt te worden. Dodon wordt wakker en besluit nu zelf ten strijde te trekken nu er berichten komen dat men de oorlog dreigt te verliezen. Zijn zonen moeten hulp krijgen in de strijd. Dodon vraagt om zijn te kleine helm, zijn verroeste schild en zijn te zware zwaard en constateert bovendien dat hij te weinig pijlen heeft. Nu de haan weer kraait gaat men naar het slagveld tot groot enthousiasme van het volk. De tsaar vindt daar zijn twee dode zonen en ook veel andere lijken. Dodon ziet op een afstandje een tent en vermoedt dat daar de vijand in zit. Hij laat op de tent vuren.
Er komt een vrouw te voorschijn die Dodon zeer aantrekkelijk vindt. Zij is koningin Sjemachan. Zij wil zonder leger maar met behulp van haar schoonheid het land van de Tsaar veroveren. Dodon kan dit niet geloven.
gouden-haan-2 Veldheer Polkan laat merken de koningin erg aantrekkelijk te vinden en wordt daarom door Dodon weggestuurd. De koningin begint aan een verleidingspoging om Dodon in haar macht te krijgen. De  Koningin: ‘Je kent me alleen met mijn kleren aan maar …….’ Ze brengt Dodon het hoofd op hol en maakt hem gelijktijdig belachelijk. Hij moet voor haar zingen en dansen maar kan er niets van. Hij zingt op verzoek een paar onzinnige regels en maakt een belachelijk dansje. Hij is bereid zichzelf en zijn rijk weg te schenken aan de verleidelijke koningin. Bovendien is hij op verzoek van de koningin bereid zijn veldheer te laten onthoofden.
Vervolgens vertrekt het paar, met veel pracht en praal, naar de hoofdstad. Het volk krijgt valse informatie over het verloop van de oorlog en het lot van de twee zonen van Dodon. Het huwelijksfeest van Dodon en de koningin wordt geopend met een orkestraal stuk maar wordt verstoord door de Astroloog die zijn beloning voor die fantastische haan opeist. Hij wil de bruid van Dodon. Dodon ontsteekt in woede. Een dergelijke beloning is ongehoord.  Omstanders bemoeien zich er mee en Dodon doodt de Astroloog. Hij krijgt wroeging en vraagt zich af of een moord op een huwelijksdag ongeluk brengt.  De koningin heeft er geen moeite mee want zij vindt dat een onderdaan die haar niet bevalt uit de weg moet worden geruimd. Dodon denkt met een kus troost bij de koningin te vinden. Zij weigert zijn omarming echter te beantwoorden. De Gouden Haan laat het er niet bij zitten en doodt op zijn beurt Dodon. Einde verhaal!
Plotseling lijkt de koningin verdwenen. De opera eindigt met een epiloog.
De Astroloog en de koningin staan weer op het podium alsof ze niet weg zijn geweest De Astroloog richt zich tot het publiek in de zaal en zegt dat hij en de koningin werkelijk levenden zijn en al het andere slechts een fantasie is.

Uitvoering
De presentatie van de opera in Düsseldorf mocht er zijn. Er werd goed gemusiceerd door orkest en koor en de meeste solisten voldeden ruimschoots met als uitblinker de Russische bas Boris Statsenko. Hij had de stem die je  verwacht van een Russische tsaar. Goed volume en donker getimbreerd. Als acteur was hij ook goed. Hij had de lastige maar tegelijk dankbare rol die in een satire bepaalt of men gelooft in het sprookje. Een sprookje moet immers ook geloofwaardig zijn. Waar dus, maar niet waar zoals het waar is dat één en één twee is.
Zijn tegenspeler was de jonge Russische sopraan Antonia Vesenina als Koningin van Sjemacha. Zij werd in een Duitse krant afgeschilderd als de Anna Netrebko uit vroegere Kirov dagen. Typisch dat juist haar zang me op den duur irriteerde.  Ik vond haar bijna monotoon zingen met weinig klankkleur. De verveling sloeg bij mij toe tijdens de lange verleidingsscene toen ze Dodon het hof maakte.
Sami Luttinens, bas-bariton, als de alcohol drinkende generaal Polkan, trad zeer succesvol op. De rol van de Astroloog is geschreven voor een hoge tenor. Cornel Frey verraste met een opmerkelijke voordracht en kreeg de sympathie van het publiek. En de magische Gouden Haan? Die verscheen in haar goudkleurig kostuum met een stevige hanenkam en uitgespreide veren meer dan eens op de balkons om luid kraaiend de tsaar tijdig te wekken voor dreigend gevaar.
De muziek van de componist Rimski-Korsakov ken ik vrij goed. Hij componeerde voor de ‘Gouden Haan’ prachtige orkestmuziek, sprankelende, vaak exotische muziek die ieder personage uitvoerig karakteriseert. De steeds terugkerende chromatische melodie van de koningin wordt door de zachte lage strijkers en houtblazers gedomineerd en de muziek van de Astroloog wordt door de exotische klank van de celesta gekarakteriseerd. De Gouden Haan is gekoppeld aan schrille koperblazers en trompetten. De kleine partij van de haan moet volgens de componist worden bezet met een metaalachtige glanzende sopraanstem. Die stem was van Monika Rydz.

Regisseur Dmitry Bertman had nog een interessante visie op het drietal de Gouden Haan, de koningin van Schemacha en de Astroloog. Bertman: ‘ Zij staan heel anders in de opera dan de tsaar en zijn zonen. De drie vertellen hun geschiedenis met het doel de domheid, ijdelheid van Dodon ter discussie te stellen. Ze tonen aan hoe oorlogsblind Dodon is als hij zich een gouden haan als een militair waarschuwingssysteem laat aanpraten.’ Vermoedelijk is Bertman’s visie een verwijzing naar de falende leiders van Rusland in de hiervoor vermelde oorlog tussen Rusland en Japan. Waar een haan al niet voor dient! Mooie opera!

Read Full Post »

simon-bocc-1 Simon Boccanegra zag ik voor het laatst in 1989 in de opera van Antwerpen. Veel herinner ik me er niet meer van. De opera liet toen geen grote indruk bij mij achter. Merkwaardig, want nu nog spreekt men in Vlaanderen over een succesvolle uitvoering waarin niemand minder dan José van Dam de hoofdrol speelde. Nog nooit kocht ik een cd of dvd opname  van dit werk en dat zegt genoeg over mijn minimale interesse. Maar op woensdag 8 februari jl. ging ik echter voor deze weinig opgevoerde en miskende opera door de knieën. Al vanaf het eerste moment, toen ik de eerste tonen hoorde van de misschien wel somberste partituur van het oeuvre van Verdi, voelde ik mijn liefde voor de Italiaanse componist opflikkeren. Ik wist: het wordt een geweldige opera-avond. En dat werd het ook. Er stond een prachtige cast op de planken en het uitstekende Symfonisch Orkest van Vlaanderen liet diepe orkestrale klanken horen onder leiding van de bekwame Duits-Engelse dirigent Alexander Joel. Vier donkere mannenstemmen, een tenor en een sopraan zongen de sterren van de hemel en voerden samen met een geweldig zingend koor een schouwspel op dat tot het einde boeide.

Imago
Het gecompliceerde libretto, dat bestaat uit een proloog en drie akten, was 24 jaar na de première in 1857 bewerkt door Verdi en Boito. En dus kwam er een tweede première in de Scala van Milaan in 1881. Deze verbeterde, tweede versie van het werk werd ook in Antwerpen gespeeld in een zaal die niet geheel uitverkocht was. Wellicht is het saaie en monotone imago van Simon Boccanegra daar debet aan.  Daarmee miskent men echter de enorme dramatische kracht van het werk. Men herkent in de motieven al een structuur die men later zal aantreffen bij Don Carlos en Otello en die tevens herinnert aan Macbeth.
Al deze Verdiwerken gaan over macht en haast vanzelfsprekend ook over de liefde, want Verdi verstrengelt dikwijls politieke conflicten met gecompliceerde, door jaloezie, wraak, aanzien en macht uit de hand gelopen liefdesrelaties. In essentie gaat deze opera over het verwerven van macht en de daarbij horende intriges en verraad in de stadsstaat Genua. Rivaliserende Plebejers en Patriciërs staan daar tegenover elkaar.

lsimon-bocca-2 Vergiftiging
In de loop van de 14e eeuw is de ex-zeerover Simon Boccanegra tegen zijn wil op de troon gekomen als Doge van Genua, dankzij de plebejer Paolo. Hij heeft Simon er van overtuigd dat hij bij aanvaarding van het ambt zal kunnen huwen met de dochter van zijn aartsvijand Jacopo Fiesco, Maria. Bij deze vrouw heeft hij, voor er sprake was van een huwelijk, een dochter verwekt die eveneens de naam Maria draagt maar die verder door het leven zal gaan als Amelia. Boccanegra is nu de Doge van Genua en verkeert vanaf dat moment onophoudelijk in een staat van vertwijfeling door onverwachte, politieke en private gebeurtenissen. Bovendien is hij door de acceptatie van de hulp van de corrupte Paolo aan hem schatplichtig geworden. En dat zal hij merken ook. Hij zal door diens toedoen door vergiftiging om het leven komen.
Simon heeft het verre van gemakkelijk. Je ziet hem onrustig achter zijn bureau zitten en in de raadzaal van het Palazzo degli Abatide tracht hij senatoren er toe te bewegen vrede met Venetië te sluiten, hetgeen mislukt. Er zijn nog meer problemen. Een oproer van het volk dat roept ‘dood aan Boccanegra ‘ moet hij  beteugelen. Daarom besluit hij het volk toe te laten tot de senaat, dat daarna  roept: ‘leve de Doge.’ Hij hoort de klachten van het volk aan, ondertussen is  er op straat ook tumult ontstaan. De aanstichter daarvan is Simon’s vertrouweling Paolo die daarna een Judasrol speelt tijdens een avondmaal waarin Boccanegra een indrukwekkende toespraak houdt om de gemoederen te bedaren. Dat de patriciër Gabrielle en Amelia inmiddels hevig verliefd zijn op elkaar maakt het voor de doge steeds moeilijker. Moet hij de wens van zijn dochter inwilligen om haar hand te schenken aan een van zijn vijanden. Moet hij straffen of vergeven? Hij stemt tenslotte na een hevige woordenwisseling toe in het huwelijk mits Gabrielle zijn verleden afzweert. Gabrielle doet dat en kiest vanaf dat moment de kant van de doge. Simon Boccanegra die verzoenend van aard is en al eens een oproep deed aan de Patriciërs en Plebejers om zich te verzoenen doet dat ook in de finale van de opera met succes aan Fiesco nadat duidelijk is geworden dat hij de vader is van Amelia en Fiesco haar grootvader. Het gifdrankje dat Paolo voor de Doge bereidde heeft inmiddels zijn werk gedan. Net voor hij sterft laat Simon Boccanegra het volk weten dat de nieuwe doge Gabrielle Adorno zal zijn. Het publiek ziet onmiddellijk dat het nieuwe staatshoofd in een snel tempo een aantal decreten ondertekent. Waar hebben we dat ook al weer meer gezien?

simon-bocca-3 Draaiend podium
Verdi’s Simon Boccanegra staat voor het universele dilemma waarmee elke machthebber te maken krijgt: hoe kan je met hetzelfde gezicht macht uitstralen en tegelijk je eenzaamheid en vertwijfeling verbergen? Het antwoord daarop moest worden gegeven door de jonge Duitse regisseur David Hermann en de Italiaanse bariton Nicola Alaimo die de titelrol vertolkte. Alaimo is momenteel een veel gevraagde jonge bariton die furore maakt met Verdi- en Rossini-rollen. Het werk van Hermann kan men tegenwoordig in grote operahuizen bewonderen. Beiden slaagden er in om een dergelijk karakter als hiervoor geschetst uit te beelden en het heroïeke van de Verdimuziek over te brengen. De dialogen van Boccanegra met zijn dochter Amelia, vertolkt door de uitstekende, krachtig zingende, Griekse sopraan Myrto Papatanasia werden met grote dramatiek en felheid voor het voetlicht gebracht. Dat gold ook voor de met emotie vertolkte duetten met zijn opvolger Gabriele Adorno, gezongen door de Oezbeekse tenor Majmiddin Mavlyanov.  Hij toonde zich in zijn spel en zang een niet aflatend verliefde man die tot het uiterste wilde gaan om de doge te vermoorden tot dat hij begreep dat zijn geliefde Amelia niet de minnares maar de dochter was van de doge. Gezim Myshketa maakte zijn roldebuut als de onbetrouwbare Paola die zelfs een ontvoering van Amelia in scène zette omdat hij haar begeerde en vermoedde dat de doge haar minnaar was. Zijn ontmaskering tijdens ‘het laatste avondmaal’ speelde hij uitstekend. Ook zijn bariton kwam evenals die van de andere zangers luid en goed gearticuleerd over. De

Liang Li als Jacopo Fiesco

Liang Li als Jacopo Fiesco

Chinese bas overtuigde als de door de doge gehate Jacopo Fiesco. Solisten en koor waren goed op elkaar ingezongen. Het fragmentarisch verhaal van Simon Boccanegra kwam vloeiend over door  gebruik te maken van een draaiend podium waardoor de scènes zich gemakkelijk verplaatsten van een woonruimte naar een kantoor of zuilengalerij. Door met het decor te manipuleren kregen de decorstukken soms een symbolische betekenis. Zo kon je aan een  toneelbeeld zien dat met name de Doge regelmatig in het nauw zat wanneer de wanden van zijn vertrek zich nauw om hem sloten. De toneelbeelden zagen er goed uit en de fraaie passende belichting maakte de voorstelling soms onheilspellend spannend. Een bezoek aan deze opera is beslist een aanrader!

Tot en met 21 februari kunt u de opera Simon Boccanegra nog zien in de Opera van Antwerpen. In Gent kunt u voor deze opera terecht van 1 maart tot en met 9 maart. Raadpleeg de website www.nationaleopera/ballet/be

Read Full Post »