Dinsdag 11 april zagen zeventig operaliefhebbers in CC. Jan van Besouw in Goirle de opera Manon Lescaut van Puccini (1858-1924) een eigentijdse dvd opname uit 2014 onder de muzikale leiding van Antonio Pappano. Pappano beschikte in het Royal Opera House Covent Garden van Londen over een uitstekende cast met in de hoofdrollen de Letse sopraan Kristine Opolais en de Duitse tenor Jonas Kaufmann. De opera verhaalt van Manon, die aanvankelijk geen keuze kan maken tussen haar jonge minnaar Chevalier Des Grieux en zijn rijke oudere rivaal de belastingambtenaar Geronte (Maurizio Muraro). Het is een opera vol hartstocht en vooral prachtige muziek waarin Puccini zich een waardig opvolger van Verdi toont.
Het verhaal
Het verhaal van Manon Lescaut is niet eigentijds. Het is namelijk afkomstig uit de nouvelle: ‘Histoire de chevalier Des Grieux et de Manon Lescaut’ van de Franse schrijver Abbé Prouvost, gepubliceerd in 1931. Het verhaal speelt midden in de 18e eeuw. Het libretto van Manon Lescaut kwam in 1893 met grote moeite tot stand. Zeven mensen kwamen er aan te pas: Praga, Oliva, Illica, Giacosa, Leoncavallo, Ricordi en Puccini zelf. De première van het werk was een uitermate groot succes. Zo groot dat Puccini aan zijn derde opera veel geld overhield.
De Britse regisseur Jonathan Kent plaatste de story in het huidige tijdsbeeld. Dat leverde hem wel veel kritiek op van de Britse pers die enkele seksscènes te expliciet vond.
Passie
De opera gaat behalve over passie en hartstocht ook over het verval van de hoofdpersonen Manon en Des Grieux. Maar ook over de dikke, oude, perverse, rijke patser Geronte die met zijn rijkdom Manon op het verkeerde pad brengt en denkt met veel geld liefde bij haar te kunnen kopen.We zien dat Manon afzakt af van een jonge frisse meid tot een maîtresse, een ontuchtige vrouw en tot dievegge. Voor het zover is overkomt de mooie Manon van alles. Ze was op weg om op last van haar familie door haar broer ondergebracht te worden in een klooster. Ze is echter nog geen minuut in Amiens gearriveerd of ze wordt werd hevig verliefd op de student Chevalier Des Grieux die zij toevallig tegen het lijf loopt. Aangezien ook bij deze jonge man de hormonen door het lijf gieren, besluit het tweetal er van door te gaan. Dit tot ongenoegen van de oudere heer Géronte de Ravoir die ook zijn oog had laten vallen op de bevallige Manon. Hij vat meten het plan op om haar als zijn maîtresse te installeren in zijn riante woning in Parijs. Manon heeft dus twee minnaars. Eén waar ze dol op is en één die schatrijk is en haar materiële wensen vervult. Manon houdt van een goede minnaar maar ook van rijkdom. Van twee walletjes profiteren lukt haar niet. Ze verlangt naar passie en hartstocht maar heeft ook een grote hang naar luxe. Ze laat haar minnaar Des Grieux daarom tijdelijk vallen voor de schatrijke, seniele belastingambtenaar Geronte, die haar behalve rijkdom weinig te bieden heeft. Ze verlangt al spoedig weer naar haar gepassioneerde minnaar Des Grieux die verslaafd is aan haar sensibele uitstraling. Manon wil, wanneer ze door Geronte wordt betrapt met des Grieux, met hem vluchten maar gelijktijdig ook de juwelen die ze van Geronte kreeg behouden. Geronte geeft haar echter wegens diefstal aan bij de politie. Haar straf is deportatie. Uiteindelijk sterft zij in erbarmelijke omstandigheden ver over de oceaan in de armen van Des Grieux.
Een belangrijke rol in het verhaal speelt Lescaut de broer van Manon die, evenals zijn zus een bedrieger en profiteur is die Des Grieux leerde gokken en zorgde voor het contact tussen Manon en Geronte.
De muziek
Het is bekend dat Puccini (1858-1924) van zijn acteurs vraagt om expressief te acteren en te zingen. Ook bij Manon Lescaut is een maximum aan expressiviteit vereist. Tussen de muziek en de tekst bestaat steeds een psychologische spanning. Puccini’s muziek roept zielenleed en smart op.
Puccini schreef heerlijke melodieën voor zijn protagonisten. De aria’s en duetten bestaan uit prachtige melodieën met fraaie legatobogen en er is een natuurlijke overgang van recitatieven in aria’s. Het orkest ondersteunt rijkelijk de recitatieven en de ensemblezang. Opvallend zijn in de 2e akte de madrigalenmuziek en dansmuziek.
Dirigent Antonio Pappano liet zijn orkest afwisselend subtiel en hartstochtelijk spelen en de zang smolt als het ware in de orkestratie die soms aan Wagner deed denken.
Aan emotie was in deze uitvoering geen gebrek. Dat was vooral te danken aan het voortreffelijke acteren van zowel de tenor Jonas Kaufmann als de fantastisch zingende Letse sopraan Kristine Opolais. Tijdens haar intense vrijpartijen met Des Grieux was ze in staat om haar enorme hartstocht niet alleen fysiek te presenteren maar gelijktijdig ook al haar vocale mogelijkheden in de strijd te werpen om haar zang onvergetelijk te maken. Haar aria ‘ In quelle trine morbide ’ uit de 2e acte, waarin ze zingt dat alle kille pracht en rijkdom niet opwegen bij het geluk dat ze ervoer in het zolderkamertje bij Des Grieux, is ronduit schitterend. En wanneer je het theater verlaat neem je als het ware haar slotaria mee naar huis waarin ze angstvisioenen ondergaat: ‘ Sola, perduta, abbandonata.’
De rol van Lescaut, gezongen door de bariton Christopher Maltman, werd goed ingevuld.
Wie vraagt naar hoogtepunten, ze zijn te talrijk om op te noemen.