Zondagmorgen 4 februari 2018 11.00 uur. Op 25 november 2013 zag ik net als vandaag In de Pathé bioscoop de satellietbeelden vanuit de Met van de opera Tosca van Puccini (1858-1924). De regie was van de toen 64 jarige regisseur Luc Bondy. Een storm van kritiek moesten deze Zwitser en zijn assistenten verduren en al direct na de voorstelling kregen zij een enorme kakofonie van boe’s over zich heen. Hoe zou het vandaag gesteld zijn met de regie van Mc Vicar?
Geschiedenis
Om te begrijpen waarom zoveel Met-fans in 2013 zo negatief reageerden moet je de geschiedenis van Tosca in dit operahuis kennen. Een vorige Tosca-productie, van de Italiaanse regisseur Franco Zeffirelli, ging in de Met in 1985 in première en speelde meer dan 20 jaar in New York. Voor de door de wol geverfde New Yorkse operaliefhebbers was deze “Zeffirelli Tosca” bijna onaantastbaar.
Zeffirelli maakte zelf duidelijk wat hij vond van de ontmanteling van zijn geliefde productie ten gunste van een modieuze regisseur. In de New York Times noemde hij Bondy’s benadering van Puccini’s muziek ‘idioot’ en zijn opvolger een ‘derde klas regisseur’. Waar zat het grote verschil tussen Zeffirelli’s benadering en die van Bondy? Die van Zeffirelli was een exacte benadering en letterlijke interpretatie van het werk van Puccini.
Bondy’s wilde een oplossing zoeken voor het centrale probleem dat elke regisseur tegenkomt in de Met namelijk de enorme Proscenium-boog voor het toneel van het theater. Bondy plaatste op het podium onder de boog heel veel rekwisieten waardoor zijn zangers er uit zagen als mieren op een gigantisch podium.
Er moest dus anno 2017 weer een nieuwe Tosca komen die conservatieve en innovatieve operaliefhebbers zou verzoenen en tevens recht zou doen aan de talloze minutieuze aanwijzingen van Puccini.
Conservatief
Voor de nieuwe productie van de bekende regisseur David Vicar, was kennelijk een zeer ruim budget beschikbaar. De kostuums zagen er prachtig uit. De drie historische locaties in Rome, waar het drama zich afspeelde: de Sint Andrea Kerk, het Paleis Farnese en de gevangenis Engelenburcht waren stijlvol nagebouwd. Aan het toneelbeeld van de finale van de eerste akte werd veel geld besteed. Een processie met een meegedragen baldakijn, veel priesters en misdienaars met wierook trok door de indrukwekkende kerkruimten. De zang van Scarpia en het koor verhoogde het theatrale effect. Aan deze scène werd 75 procent van het budget besteed. De totale regie van de nieuwe productie van Vicar bleef gericht op het conservatieve publiek van de Met. Tosca anno 2018 zette precies zo de kaarsen naast het lijk van Scarpia zoals Maria Callas dat deed in de jaren vijftig en haar opvolgers later.
Cast
De oorspronkelijk geplande cast was opvallend gewijzigd. Jonas Kaufmann had de Met laten weten dat hij minder wilde zingen in New York vanwege privéomstandigheden. Kristine Opolais en Bryn Terfel bleken evenmin beschikbaar. Dus stonden er drie jongere sterren op het podium in de personen van de enthousiaste Italiaanse tenor Vittorio Grigolo als Cavaradossi, de Servische bariton Zeljko Lucic als de wrede politierechter Scarpia en de Bulgaarse sopraan Sonya Yoncheva als de operadiva en minnares van Cavaradossi. De drie hoofdrolspelers zongen prima en acteerden met volle overgave al vond ik dat Grigolo en Yoncheva zich soms wel schuldig maakten aan enige overacting. Grigolo kreeg veel applaus voor de met een open stem gezongen aria’s ‘Recondita armonina,’ en zijn aria’ E lucevan le stelle’. In die laatste aria liet hij horen ook over een prachtig pianissimo te beschikken. Het daarop volgende duet met Yoncheva liet je op de punt van je stoel zitten.
Thriller
De opera speelt zich af rond 1800. Moord, spionage en crimineel gedrag spelen een belangrijke rol. De opera is ook een thriller die het publiek tot de laatste minuut boeit. Daarin speelt de politiechef Scarpia een centrale rol. De eerste schrille tonen van de opera, het Scarpia motief, verwijzen al naar de akelige politiechef Scarpia die slechts twee doelen nastreeft. Het eerste is de ontsnapte politieke gevangenen Angelotti en de kunstschilder Cavaradossi zo spoedig mogelijk aan de galg laten hangen. Het tweede door afpersing de minnares van laatstgenoemde, Floria Tosca, in zijn armen sluiten. Na dat motief weet Puccini zijn toehoorders te boeien met prachtige aria’s en duetten die de romantiek weer doet herleven. Het einde van het werk is heel dramatisch. De operadiva Tosca springt tijdens de laatste noten van de beruchte Engelenburcht in Rome de dood tegemoet. Haar zelfmoord heeft direct te maken met haar naïviteit en goedgelovigheid. Zij laat zich bedriegen door de perverse Scarpia, die niet schroomt te bekennen dat een gewelddadige verovering van een vrouw hem beter smaakt dan een honingzoete toestemming. Scarpia wendt voor haar gevangen genomen minnaar Cavaradossi te redden op voorwaarde dat zij zich aan hem geeft. Cavaradossi zal een schijnexecutie ondergaan en met zijn minnares Tosca een vrijgeleide krijgen. Als Scarpia dit document eenmaal getekend heeft vermoordt Tosca haar overweldiger met een gerichte dolkstreek in het hart. In deze uitvoering zelfs met twee steken. Er vloeit veel bloed. Tosca licht Cavaradossi in over hun herwonnen vrijheid nadat een schijnexecutie zal zijn uitgevoerd. Even later blijkt het een werkelijke executie te zijn. Tosca is in de val gelopen van de man die zij om het leven bracht. Haar rest niets anders dan zelfmoord nu de handlangers van Scarpia haar op de hielen zitten.
Zie daar in een notendop het verhaal van een bloedstollende thriller. Je moet er maar de juiste cast voor hebben die de zaal in vuur en vlam kan zetten. De Metropolitan opera is daar zeker in geslaagd.
Nogmaals de cast
Om te beginnen met de titelrol, zoals hiervoor vermeld vertolkt door de Bulgaarse Sonya Yoncheva. Het was haar debuut. Deze dramatische sopraan vertelde blij te zijn met haar rol. Dat was te merken. Ze ging er helemaal in op en zette een zeer sensibele (misschien wel iets te), vurige Tosca op het podium. De vonken spatten er van af. Haar jaloezie kende geen grenzen bij de herkenning van een andere vrouw die door haar minnaar was geschilderd. Dat ging zo ver dat zij van haar vriend meerdere keren eiste dat hij de blauwe ogen van haar imaginaire rivaal zou veranderen in haar zwarte. Vooral in het tweede bedrijf was Yoncheva geweldig op dreef tijdens haar dialoog met Scarpia. Voor haar aria ‘Vissi d’ arte’ werd ze rijkelijk beloond met applaus. Terzijde: ik vind dat deze aria muzikaal niet past tussen de felle dialogen van Scarpia en Tosca. De handeling wordt te abrupt stil gelegd!
De bariton Zeljko Lucic kwam over als een geperverteerde politiechef die zijn ‘ charmes ‘ inzette om de valse avances ten opzichte van Tosca waar te maken. Dat Puccini weigerde om de schurk een mooie aria te gunnen is algemeen bekend. Lucic was een prima Scarpia!
Voor de tenor Vittorio Grigolo was zijn Cavaradossi-rol eveneens een debuut. Het publiek was hem goed gezind. Hij kreeg veel applaus en was een vurige minnaar voor Tosca. De bijrollen werden goed ingevuld. De rol van de koster werd gezongen door Patrick Carfizzi.
Dirigent Emmanuel Villaume en het orkest van de Met kregen na afloop hun verdiende applaus.
Samenvattend: Deze uitvoering van Tosca was uitstekend. Voor zover ik heb kunnen waarnemen zag ik na afloop louter tevreden gezichten.
Geef een reactie