Feeds:
Berichten
Reacties

Archive for november, 2018

Leonard Bernstein

Wat ik kon verwachten wist ik niet. Ik was door iemand getrakteerd om met mijn echtgenote deze opera in de Schouwburg van Tilburg te bezoeken. Ik kende de componist uitsluitend van zijn opera’s Porgy en Bess en West Side Story. Die muziek beviel me goed. Maar van A Quiet Place had ik nog nooit gehoord.

De première van het werk was in op 17 juni 1983 in Houston. De recensies waren negatief en onaangenaam. Er kwam een gereviseerde versie op 19 juni 1984 in de Scala van Milaan. Die werd wel een succes waardoor de opera één maand later werd opgevoerd in Kennedy Center in Washington. In 1986 volgde nog een nieuwe productie in Wenen. Er werd nog meer gesleuteld aan het werk van Bernstein zodat het meer leek op een kamerversie door aanzienlijke coupures en toevoegingen van ouder materiaal. In 2013 ging deze versie in Berlijn in première. Vermoedelijk is Opera Zuid het enige gezelschap dat op Bernstein’s honderdste geboortejaar de versie van A Quiet Place in Nederland op de planken bracht. Vanaf 15 november tot en met 9 december kan men in verschillende plaatsen in Nederland terecht om deze uitvoering te zien. Wat mij betreft een aanrader!

Uitstekende orkestratie
Ik heb genoten van de voorstelling. Het was verfrissend weer eens een nieuwe opera te zien en te horen ook al werd die in Tilburg semi-concertante opgevoerd. Het succes was vooral te danken aan het voortreffelijk spelend orkest Philharmonie  Zuidnederland onder leiding van Karel Deseure. Zonder een goed spelend orkest is de basis voor een geslaagde opera-uitvoering praktisch nihil. Er klonk hier een fris spelend orkest waarin de Amerikaanse sound zeer herkenbaar was en vrolijke stukken en dramatische delen elkaar afwisselden. Het deel van de muziek dat teruggaat op Bernstein’s Trouble in Tahiti, Candide en West Side Story klinkt zeer melodieus. Dat is wat minder met de overige muziek. Voor sommige toeschouwers was die wat moeilijk acceptabel omdat het dan niet meer aan hun verwachtingen beantwoordt. Die afwisseling, maakte juist voor anderen echter de opera weer erg aantrekkelijk.

Communicatieproblemen
Een jazz trio, dat gevormd werd door Veerke Sanders, Jeroen de Vaal en Rick Zwart dook tijdens de uitvoering op verschillende momenten op en beschreef het leven van het echtpaar Sam en Dinah als een ideale idylle met een luxe bestaan waar het leven genoten werd, en zij deden dat voortreffelijk. De werkelijkheid zag er echter anders uit. Opera is dramma per musica leerden we in onze operaboeken. In 1595 was dat de juiste definitie. Nou Bernstein liet dat ook zien. In de eerste acte worden de toeschouwers geconfronteerd met de begrafenis van Dinah.  Zij kwam om door een auto-ongeluk. Het gaat er wat rommelig aan toe mede omdat de zoon van het echtpaar te laat kwam opdagen en de herinneringen aan de overledene gepaard gaan met complimenten maar ook met pittige teksten van Kahlil Gibran waarvan ik niet de indruk kreeg dat de aanwezigen die oppikten. Al snel wordt het duidelijk dat het huwelijk van Sam, gezongen door de ervaren bas-bariton Huub Claessens en Dinah, vertolkt door de sopraan Turya Haudenhuyse, door hun tegengestelde karakters en egoïstische instelling meer ruzie veroorzaakte dan een huwelijk verdragen kan.

Escalatie
Van een gezinsleven met hun kinderen komt ook niet veel terecht. Sam en Dinah zijn al 40 jaar bij elkaar maar zijn totaal van elkaar vervreemd. Het is hun niet mogelijk om ook maar één probleem op te lossen omdat het vermogen tot communicatie bij beiden ontbreekt. Sam junior, schitterend vertolkt door de Nederlandse bariton Michael Wilmering, is naar Canada geëmigreerd om de dienstplicht te ontlopen tijdens de Vietnamoorlog. Zijn jongere zus Dede, vertolkt door de Belgische sopraan Lisa Mostin, is hem achterna gereisd en gehuwd met François, die tevens de homofiele vriend van Sam junior is. De Italiaanse tenor Enrico Casari speelt en zingt  de rol van Francois. De emoties lopen ook tussen hen hoog op. Tegen het einde van de opera omhelzen alle protagonisten elkaar, overtuigd als ze zijn dat ze nog echt moeten leren communiceren. Is het huisje waarin Sam senior en Dinah woonden uiteindelijk  A Quiet Place geworden?

Om half twaalf waren we weer thuis. Beiden heel tevreden met een voorstelling waarin we ons lieten verrassen door een niet alledaagse opera die niet op het standaard repertoire staat van de operahuizen. Toch is het werk meer dan de moeite waard. Ga er heen en overtuig u zelf!

Advertentie

Read Full Post »

Anita Rachsvelishvilli als Ljoebasja

Wat een verrassing! Circa 100 operaliefhebbers in Goirle waren zo moedig om een voor hen onbekende opera in het Cultureel Centrum Jan van Besouw te gaan zien. Waarom moedig? Het is nu eenmaal een feit, dat een onbekend werk, zeker als het van Russische makelij is en bij de westelijke landen geen bekendheid geniet, geen of weinig massa’ s mensen op de been brengt. Daarom was het toch een verademing dat er bijna 100 mensen het avontuur aangingen om naar een operaregistratie van De Bruid van de Tsaar te gaan die op een groot filmdoek werd vertoond. Ze moesten, zoals ze na afloop vertelden, wel wennen aan de Russische taal en aan het Sprechgesang maar allengs genoten ze steeds meer van de muziek van de componist Nikolaj Rimski Korsakov(1844-1908).

Deze componist was een van de vijf componisten die zich in Rusland ‘ Het Machtig hoopje ‘ noemden en zich vooral lieten inspireren door de Russische geschiedenis, sprookjes en volksmuziek. Rimski Korsakov had de Russen al verblijd met de opera ‘s Sadko, Het Sneeuwmeisje, De Onzichtbare stad Kitesj en De Gouden Haan. Het beluisteren van deze werken vereist absoluut een wat andere luisterhouding dan het Italiaanse belcanto waarvoor de meeste operaliefhebbers hun voorkeur uitspreken.

Regisseur Tcherniakov links en dirigent Barenboïm rechts

 Virtuele tsaar
De uitvoering die nu getoond werd had nog een extra moeilijkheidsgraad omdat de 48 jarige Russische regisseur Dmitri Tcherniakov het libretto extreem actualiseerde van de 16e eeuw naar het huidige tijdsgewricht. In de ouverture werden de dictators: de tsaar Iwan de Verschrikkelijke, waarover deze opera oorspronkelijk zou gaan (1530-1584), Lenin, Trotski, Stalin, Jeltsin en Poetin gesymboliseerd door een virtuele tsaar wiens tv-portret een compositie was van de portretten van al deze heersers. Deze tsaar draait het Russische volk met behulp van moderne communicatiemiddelen en een projectie van mails een rad voor ogen. Tcherniakov bleef tijdens de vier bedrijven consequent vasthouden aan de uitgangspunten van zijn regie.

Intriges
Tijdens de eerste acte maakte het publiek kennis met Georgy Grasnoy, vertolkt door de krachtige Duitse bariton Johannes Martin Kränzle, als de leider van de Opritsnjik, de geheime politie speciaal ter bescherming van de tsaar. Hij bleek een macho te zijn die pochte over zijn vroegere vrouwelijke veroveringen maar was nu wanhopig omdat hij er niet in slaagde om de vrouw waar hij hopeloos verliefd op was in zijn armen te krijgen. En dat nog wel nadat hij zijn echtgenote Ljoebasja de bons had gegeven. Het ging om Marfa wiens hand door haar vader Sobakin, prachtig vertolkt door de bas Anatoli Kotsjerga, was vergeven aan een zekere Likov, gezongen door de tenor Pavel Cernoch. Ljoebasja’s verzoeningspoging met Grasnoy tijdens de finale van de eerste acte mislukte tijdens een spannende dialoog die in een handgemeen eindigde. De door mij op dit ogenblik meest bewonderde mezzosopraan, Anita Rachsvelishvilli, zong daarbij als Ljoebasja de sterren van de hemel en haar acteerprestatie was verbazingwekkend.
Grasnoy bleek in deze opera de kwade genius die de arts Bomelius overhaalde een gif te brouwen dat Marfa’s keuze zou beïnvloeden en hem de mogelijkheid zou verschaffen om Marfa in zijn klauwen te krijgen. Het zou hem niet lukken omdat Ljoebasja, dit gif verwisselde met een ander verderfelijk gif, ook afkomstig van Bomelius.

Trouwfeest Marfa en Likov dat geen vervolg zou krijgen

 Slechte afloop
De Russische tsaar wilde inmiddels een bruid kiezen uit enkele honderden Russische meisjes. Zijn keuze viel uiteindelijk op de mooie Marfa, tevens de rivale van Ljoebasja. Het gevolg was dat Marfa begeerd werd door drie mannen: Grasnoy, Likov en de Tsaar. Je kon op je vingers natellen dat deze opera verkeerd af zou lopen. De gevolgen waren niet gering: Likov,  door Grasnoy beschuldigd van het toedienen van gif aan Marfa, werd daarvoor vermoord op bevel van de Tsaar door Grasnoy. Grasnoy stak ook Ljoebasja dood en pleegde daarna zelfmoord. En Marfa? Zij was door het gif totaal van streek en constant in de war. Zij leed aan waanbeelden en vertoonde spastische bewegingen, dacht Likov voor zich te hebben maar in werkelijkheid was dat Grasnoy. Ook zij stortte neer na een tsunami van emoties.

De rol van Marfa werd gezongen door de voortreffelijke sopraan Olga Periatyko. Vooral in de slotscène, die in dramatisch opzicht zeer heftig was, wist zij een boeiende presentatie te geven van het grootste slachtoffer van deze opera.

De geluidsopname van de in 2013 gemaakte registratie in het Schiller theater in Berlijn was voortreffelijk. Vooral ook door de bezielende leiding van dirigent Daniël Barenboim en het spel van de Staatskapelle Berlijn.

De toneelbeelden van Dmitri Tcherniakov en de personenregie maakt deze voorstelling tot een voortreffelijke uitvoering van De Bruid van de Tsaar. De Goirlenaren lieten na afloop hun waardering blijken.

Read Full Post »

Roberto Alagna als Samson en Elina Garanca als Dalila

Afgelopen zondagmorgen 4 november 2018 zag ik in de Pathé bioscoop in Tilburg de opera Samsom et Dalila van de Franse componist Camille Saint Saëns (1835-1921). De voorstelling betrof een nieuwe productie van de Joegoslavische regisseur Darko Tresnjak, uitgezonden via een straalverbinding door deMetropolitan Opera van New York. De uitvoering stond onder leiding van dirigent  Sir Marke Elder.

Samson et Dalila, aanvankelijk bedoeld als oratorium, werd op advies van librettoschrijver Ferdinand toch uitgevoerd als opera. Daar ben ik niet ongelukkig mee! Ik vind het een fantastisch werk dat zich goed leent voor een toneelpodium. Wanneer ik deze opera niet eerder had gezien in andere theaters, zou ik nu niet tot deze conclusie zijn gekomen, want deze voorstelling in New York miste de glans en interactie die zo noodzakelijk is om van een geslaagde uitvoering te spreken. Aan de componist heeft het niet gelegen ook al had hij niet zoveel op met opera’s.

De componist schreef gedurende zijn 86-jarige leven maar liefst 300 composities. Zijn faam dankt hij vooral aan zijn symfonieën, talloze concerten voor piano, orgel en blaasinstrumenten. Met uitzondering van Samson et Dalia zijn de 12 andere opera’s van de componist in vergetelheid geraakt.
Camille Saint Saëns werkte tenminste acht jaar aan deze opera, zijn tweede. In 1875 was het werk klaar. De première van deze opera had heel wat voeten in de aarde. Succes leek aanvankelijk niet voor hem weggelegd, want met hulp van Frans Liszt kon de première pas in 1877 in Weimar worden opgevoerd en dan nog wel in de Duitse taal. Pas in 1890 en 1892 konden de Fransen, respectievelijk in Rouen en in Parijs, het werk bewonderen. Vanzelfsprekend toen in de Franse taal.
De grote ervaring van Saint Saëns met instrumentale muziek droeg een steentje bij om Samson et

Camille Saint Saëns

Dalila rijk te orkestreren. De muziek past het drama als een handschoen. Het werk is doorgecomponeerd met goed in het gehoor liggende melodieën waarbij Saint Saëns zijn symfonische capaciteiten stevig aanspreekt. De koorpartijen zijn prachtig. In de aanvangsfase denk je met subtiele Gregoriaanse muziek van doen te hebben maar later volgen de prachtige koorpartijen die herinneren aan de muziek van Bach en Händel.

Gebrekkige interactie
De dramatische handeling kan fantastisch tot uiting komen in de sensuele aria’s van Dalila en in de met flair te zingen partij van de weifelende Samson, die niet weet of hij aan zijn seksuele verlangens zal toegeven of trouw zal blijven aan de god van Israel.

Het libretto van deze opera is ontleend aan het bijbelse verhaal dat u kunt terugvinden in het oude testament (boek Richtern 14-16). Anders dan wellicht vermoed, is de opera in eerste instantie toch geen religieus werk. De opera gaat vooral over de sterke interactie tussen het liefdespaar Samson en Dalila. Daar ging het mijn inziens in de Metropolitan Opera deze keer mis. Er was geen sprake van chemie tussen de solisten Roberto Alagna als Samsom en Elina Garanca als Dalila. Beiden zongen en acteerden op plichtmatige wijze hun rollen. Elina Garanca zag er prachtig uit maar moest het vocaal en acterend afleggen tegen grootheden uit het verleden zoals Risé Stevens, Grace Bumby, Sherley Verret en last but not least Olga Borodina. Garanca’s lage tonen kwamen, zeker voor een mezzosopraan onvoldoende uit de verf en haar spel speelde ze met een afstandelijke koelheid ondanks een enkele uitdagende blik en een fysieke aanraking van haar tegenspeler.
Roberto Alagna maakte het er niet gemakkelijker op. In  het eerste bedrijf klonk zijn stem al niet fris en fruitig zoals wij hem een tiental jaren geleden kenden. Je werd in het eerste bedrijf moe van het luisteren naar zijn stem. De Frans- Italiaanse tenor is al een tijdje over zijn top heen al kan ik niet ontkennen dat zijn aria ‘Vois ma misère, hélas’ er goed uitkam. Zijn voorgangers Vinay, Martinelli en Kunde  waren krachtige solisten die ook subtiel konden zingen. Die nuance ontbrak bij Alagna. De opera heeft een spannend verloop mede door de interventies van de Filistijnse hogepriester van de god Dragon, bekwaam neergezet door Laurant Naouri.

De spanning in de relatie van Samson en Dalila wordt vooral veroorzaakt door de dubbele agenda die beiden hebben. Samson wil met zijn ‘bovennatuurlijke kracht’ zijn volk bevrijden van de onderdrukking van de Filistijnen maar hij wil ook de god van Israël trouw blijven. Er liggen echter gevaren op de loer. Door zijn verliefdheid op de Filistijnse Dalila is hij een kwetsbaar personage geworden. Dalila’s erotisch gedrag, al was dat hier nogal terughoudend, kan immers de oorzaak worden van het ontfutselen van het geheim van zijn mysterieuze kracht. Tot driemaal toe weerstaat hij de avances van Dalila maar daarna gaat hij voor de bijl en komt dan door verraad in handen van zijn triomferende vijanden. Dalila is een patriottische vrouw. Ze wil Samsons ondergang en ze wil haar volk wreken, zonder daarvoor geld aan te nemen van de hogepriester. Samson moet voor Dalila een begerenswaardig personage zijn geweest, want hoe had zij anders de aria ‘Mon coeur s’ouvre à toi’ zo sensueel, begeleid door mysterieuze orkestmuziek, kunnen zingen terwijl zij zegt hem te haten? Juist deze aria werd door Garanca mooi  gezongen waardoor je weer een  naar liefde verlangende persoon hoorde.

Exotisch

Samson bespot in slotscene

Het krachtig spelende orkest van de Met, ditmaal onder leiding van Sir Mark Elder, zocht het niet in snelle tempi en had een goed gevoel om de muziek een kleur te geven die bij de scènes paste. De leden van de balletgroep moesten tijdens een bacchanaal, waarin de Filistijnen, uitzinnig van vreugde met Dalila en de hogepriester voorop, de spot drijven met de vastgebonden, inmiddels blinde Samsom, laten zien dat ze behalve dansen ook in staat waren om spectaculair trapezewerk uit te voeren. Voornamelijk mannen met getatoeëerde blote billen deden hun uiterste best om een imposante finale van de opera neer te zetten. Na afloop bleek dat smaken verschillen!

Deze feestelijkheden speelden zich af rond een enorm groot beeld dat de god Dragon van de Filistijnen voorstelde. Tijdens dit dansfestijn laat Sant Saëns zien gefascineerd te zijn door het exotische, vermoedelijk veroorzaakt door zijn veelvuldig bezoek aan Algerije.
En Samsom? Hij verstoort het Filistijnse  feest door de enorme tempelzuilen van hun plaats te duwen en iedereen de dood in te jagen. Dat wist u natuurlijk al, de toeschouwers kregen het echter niet te zien. Een grote lichtflits midden op het podium was het symbool van de collectieve dood van allen die zich in de tempel bevonden. We zagen niets op de grond vallen. Ik althans niet. In ieder geval geen pilaar.

De decors zagen er modern uit. De openingsscène liet een hoge trap zien met daarop het volk van Israël. De personages stonden er stijfjes bij, achter en naast elkaar, en ze keken allen de zaal in in plaats van zich bij elkaars leed betrokken te voelen. Het geweeklaag tijdens hun zang over hun lot, het slachtoffer te zijn van de overheersing van de Filistijnen, werd fysiek absoluut niet uitgebeeld. Waar was de personenregisseur?

Het onderkomen van Dalila was verwerkt in een metalen bouwwerk waar in het laatste bedrijf vooral gebruik van werd gemaakt. Aan de personenregie was m.i. ook hier te weinig aandacht besteed waardoor Samsom en Dalila als verliefd maar ook als elkaar hatend paar te weinig op elkaar betrokken waren. Er was, ik herhaal het, te weinig interactie. De protagonisten kwamen meestal van zeer dichtbij in beeld zodat hun emoties goed zichtbaar waren maar de totaalbeelden lieten, met uitzondering van het grote ballet, in het laatste bedrijf wat te wensen over.
Ik was niet zo tevreden. Van een van de beste operahuizen ter wereld had ik een wat aantrekkelijker optreden van de hoofdrolspelers verwacht. Het grootste deel van het publiek in New York was in ieder geval meer dan tevreden, want er was een groot applaus. Maar dat is er altijd wel!

Read Full Post »