Mijn vriend Paul wees mij er op dat De Volkskrant een voorbeschouwing wijdde aan een heel bijzondere concertante uitvoering van de opera Das Rheingold van Richard Wagner (1813-1883). Een voorstelling uitgevoerd door Concerto Köln waarvoor een viertal jaar geleden het initiatief was genomen

Het plan was om vier opera’s van Der Ring des Nibelungen te gaan spelen zoals ze ook in 1876 tijdens de première in Bayreuth hebben geklonken. Dus met oude instrumenten zoals barokmusici dat ook heden ten dage doen bij werken van Händel, Vivaldi en andere oude meesters. Critici waren er natuurlijk wel. Men vroeg zich af hoe zou je de doorgaans brullende Wagnerorkesten, die de Wagnerzangers qua volume overtreffen, kunnen motiveren om de partituur te reduceren tot transparante muziek, waarbij alle details prima te horen zijn. Nou dat gebeurde tijdens het Zaterdagmatinee op 20 november jl. in het Koninklijk Concertgebouw in Amsterdam. Er ontstond een totaal klankbeeld dat voor mij zijn weerga niet kende. Opvallend was de milde kracht van de blazers in de kopersectie en het geluid van de strijkinstrumenten die waren voorzien van darmsnaren en waarbij vibrato beperkt werd toegepast waardoor het soms ijzerachtige geluid van moderne instrumenten achterwege bleef.
Orkestrale muziek
Dat schitterende geluid en de prachtige orkestrale muziek ervoer ik toen ik er achter kwam dat nog diezelfde middag dat Paul me belde de uitvoering integraal en live werd uitgezonden door de radio. Ik heb meer dan twee en een half uur genoten van het eerste werk van de Ring. Na afloop stelde ik vast dat ik voordien nog nooit zo’n schitterende uitvoering van Das Rheingold hoorde. De toelichting die dirigent Kent Negano na afloop gaf, tijdens een afgenomen interview, maakte me duidelijk wat voor voeten had in de aarde gaf om dit project te starten. Hij benadrukte dat de fantastische akoestiek van de grote zaal van het Concertgebouw bijdroeg tot het succes van de uitvoering.

We weten dat dirigent Hartmut Haenchen voordat hij ‘onze Ring ‘ in Amsterdam leidde uitgebreid onderzoek deed naar ongerechtigheden die in de loop van de tijd in de partituur waren geslopen. Ook aan deze voorstelling is in dat opzicht wetenschappelijk onderzoek voorafgegaan. Ook nu heeft men een laag vernis van de partituur geschraapt.
Zangtechniek
Voor wat betreft de zangtechniek en de articulatie moet dat problemen hebben opgeleverd, want de wijze waarop zangers in 1876 zongen is vanzelfsprekend niet veel bekend. Er konden in die tijd immers nog geen opnamen worden gemaakt. Omdat ik dit keer enorm gefocust was op de orkestratie heb ik vermoedelijk minder scherp opgelet of ik afwijkende zang hoorde van wat ik gewend was van andere Rheingold uitvoeringen. Wel viel me op dat Negano beschikte over een uitstekende cast. Zangers die zich nooit overschreeuwden. Misschien wel solisten die beter zongen dan in de tijd van de componist. Wagner liet nogal eens merken dat hij over de prestaties van de voorhanden zijnde zangers niet tevreden was. De cast van Negano was in prima vorm. Uitblinker vond ik de tenor Thomas Mohr die de rol van de listige Loge uitstekend vertolkte qua zang en acteren. Wotan in de persoon van bas-bariton Derek Welton was nagenoeg zijn evenknie. De sopraan Stefanie Iranyi was een felle Fricka die zich zorgen maakte over haar angstige zus Freia.
Toejuichingen
Na afloop was het applaus oorverdovend en langdurig. Men had genoten van een uitvoering zoals men die nog nooit had gehoord. Paul heb ik nog geprobeerd over te halen ook naar deze uitvoering te luisteren. Zijn voorkeur ging echter uit naar een boek dat zijn volle interesse had. Hij heeft nog een kans en dat geldt ook voor mijn lezers. U kunt deze voorstelling beluisteren op: nporadio4.nl
U krijgt er geen spijt van.
Peter Année