Zondagmorgen 31 oktober 2021. Ik vertrek om 10.30 uur naar de Pathé bioscoop in Tilburg. Om 11.00 begint de vanuit de Metropolitan Opera door gestreamde opera. Mijn verwachtingen zijn hoog gespannen omdat ik enkele recensies las in de kranten van New York. De titel van het werk van een zekere Blanchard zegt me niets. U wel? ‘Fire Shut Up in My Bones’ heet de opera. Mijn operakennissen hebben er evenmin van gehoord. Voor hen een reden om thuis te blijven. Slechts tien mensen zijn naar de bioscoop gekomen. Ik schreef in de u toegestuurde voorbeschouwing dat de Amerikaanse kranten uitsluitend lovende kritieken schreven. Dat werd voor de zoveelste keer geen lokkertje om mensen over te halen naar Pathé te komen.

Verbazing
Omstreeks 14.00 uur constateer ook ik, en met mij enkele aanwezigen, dat we getuige zijn geweest van een formidabel werk waarvan de uitvoering zonder meer top was. Natuurlijk is het bijzonder dat een opera voor het eerst in het 138-jarig bestaan van de Met was gecomponeerd door een zwarte componist. Zijn naam: Terence Blanchard. Het perfecte, poëtische, en vooral aangrijpend libretto was afkomstig van de actrice, filmregisseuse, scenarioschrijfster Karin Kasi en gebaseerd op de autobiografie uit 2014 van Charles M. Blow.
De opera is een gelaagd psychologisch drama. Charles ervaringen tijdens zijn jeugdjaren worden weergeven vanuit een volwassen perspectief door een volwassen Charles. Maar ook door een heel jonge protagonist die vertolkt wat in de herinnering van de oudere Charles naar boven komt.
De verkrachting van de 7-jarige Charles door zijn neef Chester die tot een trauma leidt speelt daarbij een centrale rol. Voor het zo ver was maakte de jongen nog meer schokkende dingen mee. Hij werd voortdurend gepest door leeftijdsgenoten, die hem beschouwden als een ‘watje’ en er hun eigen egoïstische leefregels op na hielden. Ze eisten van hem dat hij zou leven zoals zij ‘als een echte man’. Dat wil zeggen zijn eigen wil volgen en het ouderlijk gezag naast zich neer leggen. Met die levenshouding kon de jonge Charles niet instemmen. In zijn jonge jaren hunkerde Charles wanhopig naar meer genegenheid van zijn moeder Billie. Als Charles opgroeit als puber is hij erg verward en dikwijls woedend. Hij wil er alles aan doen om het vertrouwen van zijn medemensen te krijgen en te worden geaccepteerd zoals hij is. Hij lijdt vooral door de gedachte dat hij wellicht zelf medeschuldig is aan de verkrachting door zijn neef. Hij heeft het gevoel in zonde te leven en bezoekt een predikant van de Baptistenkerk om in het bijzijn van gelovigen, door een onderdompeling, bevrijd te worden van zijn zonde. De gelovigen juichen na de doop alsof er een belangrijk doelpunt is gescoord in een voetbalwedstrijd. Het helpt hem niet. Hij zit met een trauma. Is dat zijn lot?
Op een zeker moment wordt Charles toegelaten tot Grambling State University. Daar ondergaat hij een aantal ontgroeningsrituelen waarbij hij wordt vernederd. De pijn die hij ervaart is voor hem niets nieuws. Hij ondergaat het stoïcijns maar kan zich nadien niet verbinden met zijn medestudenten.

Hoe gaat het met moeder Billie? Billie is een hartelijke vrouw met een hard leven die niet kon voldoen aan de wens van haar zoon om hem meer aandacht te schenken. Ze moest vijf kinderen opvoeden, dagelijks werken in een kippenfarm en leven met een man (Spinner) die haar steeds bedroog en misbruikte. Haar echtgenoot Spinner heeft zij na een confrontatie over diens gedrag bedreigd met een pistool en hem daarna het huis uit gegooid en met haar vijf kinderen een onderkomen gevonden bij oom Paul.
Liefdesroes
Charles ontmoet onverwachts in een nachtclub een jonge vrouw. Ze heet Greta. Het wonder geschiedt. Het klikt tussen die twee en ze raken in een liefdesroes. Eindelijk krijgt Charles kortstondig waar hij zo naar verlangde. De warmte van een vrouwenlijf en intimiteit. Toch weten beiden dat ze voor elkaar een geheim bewaren. De spanning loopt op. Charles vertelt dan over de verkrachting door zijn neef. Het is een trauma en een geheim. Greta, vertolkt door Angel Blue, openbaart dat zij van Charles houdt maar al koos voor een andere man en vindt dat ze die belofte moet houden. Ze gaan verdrietig uit elkaar. Charles voelt zich weer eenzaam. Eenzaamheid en Lotsbepaling (Destinity), in de voorstelling prachtig verpersoonlijkt door de stralende sopraan Angel Blue, slaan weer onbarmhartig toe. Wat nu? Hij belt naar zijn moeder die hem vertelt dat zijn neef Chester bij haar op bezoek is. Charles besluit om naar huis terug te keren en neemt een pistool mee. Zal hij wraak nemen? Zal hij de trekker overhalen? Lost een executie iets op voor Charles? Maar dan verschijnt de jongere versie van Charles die hem adviseert af te zien van wraak en een nieuw leven te beginnen. Zo geschiedde!!

De muziek
Muzikaal is de opera ook zeer geslaagd. De orkestratie onder leiding van dirigent Yannick Németh-Séguin klonk steeds aangenaam en dikwijls opwindend. De muziek bestond uit een mix van jazz, blues, gospel en klassieke muziek. Het zat harmonisch goed in elkaar met soms grillige ritmes en scherpe dissonanten. Ook de zang paste zich daar goed bij aan.
De cast
De zangerscast was uitstekend bezet. Ook de acteerprestaties waren uitmuntend. De personages kwamen zeer geloofwaardig over. De meest opvallende rollen waren die van Charles de volwassene, vertolkt door de bariton Will Liverman en Charles junior, vertolkt door de jonge Walter Russel, die over een zachtaardige jongens sopraan beschikte. Hij oogstte na afloop veel applaus begeleidt door een waterval van strooiglitter dat hem diep ontroerde. De rol van Chester werd op een uitdagende wijze gespeeld door Chris Kenney.
Een belangrijke rol was weggelegd voor de uitstekende sopraan Latonia Moore als Billie. Zij zong op ontroerende wijze haar moederrol en combineerde die met een sterke acteerprestatie. Voor de rol van de impopulaire echtgenoot Spinner, die het leven voor zijn vrouw Billie tot een hel maakte, tekende de tenor Chaunkey Parker.
Angel Blue zong maar liefst drie rollen. Zij belichaamde Eenzaamheid, Destinity en Gerta de onverwachte geliefde van Charles.
De choreografie was in handen van Camille A.Brown. De recensenten waren zeer tevreden over de balletten maar vooral ook de toeschouwers die soms zelfs uit hun stoelen sprongen.

Samenvatting
De opera is in New York met groot enthousiasme ontvangen. Een taboe werd doorbroken. Een pluim vooral voor Terence Blanchard, de eerste zwarte componist bij de Met. Na afloop waren de toejuichingen ovationeel en een kijkje achter het grote doek loog er niet om. De protagonisten vielen in elkaars armen. Zij wisten dat hun optreden succesvol was geweest en dat er wellicht juist daardoor meer plaats komt voor diversiteit in ‘s werelds grootste operahuis en dat er dan zonder minachting wordt gesproken over niet klassieke werken. Dat zou de grootste verdienste zijn van deze voorstelling.
Geef een reactie